Bondscoach Ronald Koeman en het Nederlands elftal schrijven geschiedenis met het bereiken van de halve finale van het EK, voor het eerst in twintig jaar. Maar woensdagavond tegen Engeland is het ook gewoon weer afwachten in welke gedaante Oranje aan de aftrap verschijnt in Signal Iduna Park in Dortmund.
Na iedere wedstrijd van Oranje dezelfde vraag: hoe moet je de prestatie beoordelen? Was Roemenië zwak, of Nederland goed? Na Turkije: was de overwinning het gevolg van een geweldige comeback, of had Nederland het voor rust laten liggen, door na een goed begin het initiatief te verliezen? En is het bereiken van de halve finale nou een topprestatie, of het gevolg van een gunstige plaatsing aan de goede kant van het speelschema?
Irritatie
Vooraleerst: natuurlijk is het bereiken van de halve finale een prima prestatie. ‘Méér dan goed,’ stelt Ronald Koeman, ‘want we hadden dat vooraf niet gedacht.’ De bondscoach vindt dan ook dat het resultaat wel wat meer op waarde mag worden geschat in Nederland. ‘Roemenië, Turkije, nee, het zijn niet de beste landen in Europa, maar het gaat me te ver om ze neer te zetten als teams waarvan wij zomaar even moeten winnen. Zo logisch is het namelijk niet. Dat denken vind ik bovendien respectloos, zeker naar Turkije toe, dat zich als een goede tegenstander heeft gepresenteerd. Je zag dat aan het einde van de wedstrijd, toen ze nog dicht bij de gelijkmaker waren. Er bestaan geen kleine landen meer, dat heeft dit EK ook weer laten zien.’
Waarom Ronald Koeman wel even klaar was met alle vragen? 'We moeten kritisch blijven, maar we mogen ook best respect hebben voor deze spelers, die met een groot hart hebben gespeeld'