
Ronald Koeman studeerde vier maanden op een strijdplan om Spanje te ontregelen. Door het wegvallen van Denzel Dumfries wordt de bondscoach gedwongen om de gehele rechterflank van het Nederlands elftal te renoveren.
Ronald Koeman denkt in koppeltjes. Hij zoekt als bondscoach naar spelers die elkaar versterken. Complementair aan elkaar zijn, in trainerstaal.
In zijn eerste periode bij Oranje kiest Koeman voor een aanvallende middenvelder met diepgang (Georginio Wijnaldum) achter een zwervende spits (Memphis Depay), een tactisch gedisciplineerde controleur (Marten de Roon) naast een intuïtieve spelmaker (Frenkie de Jong) en een opkomende rechtsback (Denzel Dumfries) achter een rechtsvoor aan de binnenkant (Steven Bergwijn). Een succesvolle opstelling begint bij het balanceren van de yin en de yang.
Sinds zijn terugkeer worstelt Koeman met het vormen van soortgelijke koppeltjes. Door blessures vallen voortdurend internationals weg. Dat compliceert het vormen van goede duo's.
Door blessures van Micky van de Ven, Nathan Aké en Denzel Dumfries vraagt de invulling van de flanken dit keer om herbezinning.