Speelronde 2 zit erop en dus beoordelen we de zestien scheidsrechters. De eerste (en nog altijd enige) rode kaart voor een speler was voor Wales-doelman Wayne Hennessey, verder is het vooralsnog het toernooi waarop weinig valt aan te merken op de arbitrage. Her en der wat schoonheidsfoutjes, maar zeker geen grote fouten en schandalen.
Wat verder opvalt zijn de bijzonder scherpe assistent-scheidsrechters (waaronder Jan de Vries) die nauwelijks mis zitten bij een buitenspelgeval en de rol van de VAR. De video-arbiter is zeker niet storend aanwezig, overleg via de oortjes zal er zeker zijn, maar overbodige ingrepen zien we niet. De VAR is duidelijk ondersteunend in plaats van leidend, scheidsrechters worden ook niet om de haverklap naar het scherm geroepen. De keren dat de VAR ingrijpt is dat terecht of in ieder geval te verdedigen. De toegevoegde waarde van de VAR is zeker aanwezig op dit WK. Zou het dan toch allemaal een kwestie van tijd en wennen geweest zijn?
De waarderingen:
Door de prestaties van de arbiters te waarderen met een aantal sterren (maximaal vijf sterren, minimaal nul sterren) rangschikken we de scheidsrechters van goed/sterk naar slecht/zwak.