Sparta Rotterdam haalde uit de eerste zeven wedstrijden van dit voetbaljaar tien punten en staat daarmee op een knappe zevende plek in de Eredivisie. De selectie is in de zomer zichtbaar sterker geworden en heeft de potentie om uit te groeien tot dé verrassing van dit seizoen, vinden ook de spelers zelf. Aan Maurice Steijn nu de taak om iedereen met beide benen op de grond te houden.
De ene interlandbreak is de andere niet. Vorig jaar werd het seizoen al na drie speelronden gepauzeerd vanwege landenvoetbal en toen hingen er nog donkere wolken boven Het Kasteel. De ploeg van op dat moment Henk Fraser had al twee pijnlijke nederlagen geleden en moest duidelijk versterkt worden, maar dat lukte op een inmiddels veelbesproken Deadline Day niet. De sfeer bij Sparta na die eerste interlandperiode was, op zijn zachtst gezegd, dan ook niet al te best. Er werd gevreesd voor een loodzwaar seizoen en die vrees kwam ook uit.
Hoe anders is de sfeer nu, een kleine dertien maanden later, na opnieuw een eerste interlandbreak in het seizoen. Deze keer zijn er al zeven wedstrijden gespeeld en daarin heeft het deze zomer flink versterkte Sparta uitstekend gepresteerd. De Rotterdammers troffen met Ajax, AZ en Feyenoord al drie ploegen die normaal gesproken ergens bovenin zullen eindigen, en gingen in deze duels ook kopje onder, maar toch staan zij nu op de zevende plaats in de Eredivisie. Het openingsduel met SC Heerenveen eindigde in een gelijkspel en van Go Ahead Eagles, FC Volendam en FC Groningen werd gewonnen. Er zijn al meer punten gehaald (tien) dan in de zeven speelronden van de afgelopen twee seizoenen (drie in 2020/21 en zes in 2021/22) bij elkaar. Een meer dan prima begin, dus.