De verkiezing van Florentino Pérez tot president van Real Madrid luidde in 2000 een spectaculaire periode in, met tot dat moment ongekend wapengekletter op de transfermarkt. Hoe De Koninklijke in zijn galactische missie langzaam contact met het aardse verloor en de voetballerij én zichzelf voorgoed veranderde.
Florentino Pérez stelt zich medio 2000 met twee speerpunten kandidaat voor het voorzitterschap van Real Madrid. Eén: hij belooft het herstructureren van de financiën van de club, die een schuld van honderden miljoenen met zich meetorst. Twee: hij zegt toe Luís Figo te zullen kopen, sterspeler van aartsvijand Barcelona.
Real Madrid was in vroeger tijden al een club geweest die maar wat graag mooie sier maakte met het strikken van de beste voetballers ter wereld. Zo haalde de legendarische president Santiago Bernabéu door de jaren heen wereldsterren als Alfredo Di Stéfano, Ferenc Puskás en Hugo Sánchez naar Madrid. Die traditie beloofde Pérez niet alleen voort te zetten, maar ook uit te bouwen. Met tussenpozen van een jaar zou hij een superster, een Galáctico, doen neerstrijken in Madrid.