Erwin van de Looi kijkt ernaar uit om te beginnen als trainer van Heracles Almelo. De 51-jarige oefenmeester is donderdag gepresenteerd als opvolger van de ontslagen John Lammers en vertelt over de lessen bij Jong Oranje, sparren met Ronald Koeman en Louis van Gaal en het stempel van een verdedigende trainer.
Toen Van de Looi afgelopen zomer stopte als trainer van Jong Oranje deed hij dat vooral omdat hij na vijf jaar weer dagelijks op het veld wilde staan. De juiste club diende zich echter niet aan. 'Het EK met Jong Oranje was pas laat afgelopen, waardoor de meeste clubs al voorzien waren en de voorbereiding op het nieuwe seizoen in gingen', blikt Van de Looi terug. 'Dan weet je dat je even geduld moet hebben.'
De oefenmeester kwam zo in de wachtkamer terecht. 'Daardoor heb ik over het afgelopen half jaar een dubbel gevoel. Ik stopte bij Jong Oranje omdat ik graag weer een club wilde trainen. Er is van alles voorbijgekomen, maar niks waar ik me helemaal goed bij voelde. Aan de andere kant had ik in die periode ook tijd om andere dingen te doen. Ik ben wat meer gaan reizen en ook op andere manieren naar voetbal gaan kijken. Uiteindelijk ging het toch al snel weer richting voetbal. Ik beleef de sport beroepsmatig, maar ik ben natuurlijk ook een liefhebber.'
Jong Oranje
Vorige week volgde het telefoontje van Nico-Jan Hoogma, de technisch directeur van Heracles. Bij de zoektocht naar een opvolger van Lammers stond de naam van Van de Looi bovenaan de lijst. Hoogma stelde hem in 2018, toen als directeur topvoetbal bij de KNVB, aan als trainer van Jong Oranje. 'Hij heeft me vier jaar van dichtbij meegemaakt bij de KNVB', vertelt Van de Looi. 'Dat hij nu bij mij uitkomt, zie ik als een compliment. Nico-Jan weet hoe ik werk en heeft me in de kleedkamer, op het veld en bij besprekingen gezien. Dan is het alleen maar positief als zo iemand me nu weer wil hebben.'
Het WK was natuurlijk een mooie en goede ervaring. Ik heb samengewerkt met veel goede trainers met veel expertise