Johan Cruijff had een zak geld nog nooit zien scoren. Niks tegenin te brengen natuurlijk. Dat neemt niet weg dat voetbal wel van een spelletje is geëvolueerd naar een miljardenindustrie. In de rubriek Munten & Punten bespreekt VI-verslaggever Tom Knipping onderwerpen op de grens van commercie, financiën en sportieve prestaties. In aflevering 53 gaan we in op het pokerspel rond Frenkie de Jong.
Gaat Frenkie de Jong naar Manchester United? Of blijft hij toch bij Barcelona? Tussen vraag en aanbod zit nog een gat en beide clubs wekken de indruk de bovenliggende partij te zijn in de onderhandelingen. Aanvankelijk leek Barcelona door de diepe financiële crisis genoodzaakt om de Nederlandse international te verkopen. Maar sinds een buitengewone ledenvergadering bij de Catalanen wekt het bestuur de indruk dat de club er binnenkort financieel aanmerkelijk beter voor staat. Er verschijnen bedragen van wel 600 of 700 miljoen waarover Barça op korte termijn de beschikking zou krijgen. Al snel werd dit vorige week vertaald in meer financiële ruimte voor Frenkie de Jong en de begeerde Robert Lewandowski. Hoe zit het nu precies met de financiële mogelijkheden van Barcelona?
Ledenvergadering
Anderhalf jaar geleden vertrok voorzitter Josep Bartomeu. Hij liet een afschuwelijke erfenis achter. Over het seizoen 2020/21 werd bijna een half miljard verloren en de Spaanse competitie-organisatie La Liga dwong Barcelona om de transfer- en salarisuitgaven drastisch terug te schroeven. Het vertrek van Lionel Messi wordt gezien als het symbool van de grootschalige financiële herstructurering. Een groot deel van de schuld werd vorig jaar met behulp van een nieuwe lening bij Goldman Sachs geherfinancierd en er is een begin gemaakt met het versoberen van de uit de hand gelopen salarissen. Maar de problemen zitten diep en de genomen maatregelen zijn nog niet voldoende. Intussen wil de club uiteraard niet tornen aan de sportieve ambities. Vandaar dat het bestuur van Barcelona vorige week donderdag tijdens een ledenvergadering toestemming vroeg om een aantal rechten te verkopen. Afgesproken is het volgende:
• Om de cashpositie te verbeteren wil Barcelona de helft van het dochterbedrijf Barça Licensing en Merchandise (BLM) verkopen. Dat is best opvallend, want een paar jaar geleden meldde Barcelona nog trots dat de merchandise- en licentietak in eigen beheer was genomen. Tot 2018 was Nike de eigenaar van deze rechten. Door het heft via BLM in eigen hand te nemen zou Barcelona optimaal gaan verdienen, zelfs aan de verkochte balpennen in alle uithoeken van de wereld. Het bestuur onder leiding van voorzitter Joan Laporta komt daar nu weer van terug. Barcelona wil, in ruil voor een grote geldsom die direct op de bankrekening wordt overgemaakt, toch weer 49,9 procent van BLM afstaan. Een grote meerderheid van de aanwezige socios ging akkoord met dit plan.
• Tevens kreeg het clubbestuur van de socios toestemming om tot 25 procent van de toekomstige tv-opbrengsten te verkopen aan investeerders. Ook dat is best opmerkelijk, omdat Barcelona zich al bijna een jaar verzet tegen een vergelijkbare deal tussen La Liga en het Luxemburgse investeringsfonds CVC Capital Partners. Na de coronacrisis hadden alle Spaanse clubs het moeilijk. La Liga bracht verlichting door voor een slordige twee miljard acht procent van de collectieve inkomsten uit tv-rechten te verkopen. Bijna alle clubs gingen akkoord, maar Barcelona niet (net als Real Madrid en Athletic Bilbao). De Catalanen vonden de opbrengst te mager en bedankten voor hun aandeel. Gedurende de contractperiode van liefst vijftig jaar zou CVC Capital Partners een woekerwinst gaan maken. Nu gaat de club dus zelf de markt op om 25 procent te verkopen. Dit moet dan veel meer gaan opleveren dan de 200 miljoen die de club normaal gesproken had ontvangen van CVC. Details heeft Barcelona niet bekendgemaakt. Onduidelijk is met welke partijen de club in zee wil en voor hoeveel jaar de mediarechten worden verpatst. Wel meldde Barcelona dat er naar verwachting in totaal 600 tot 700 miljoen kan worden opgehaald door het op de markt brengen van tv-, merchandise- en licentierechten.
‘We zijn van een terminale toestand verhuisd naar de intensive care’, vatte Joan Laporta eerder deze maand de situatie van de club samen. Na de buitengewone ledenvergadering van vorige week kwam hij met de metafoor dat Barcelona een Formule 1-wagen was zonder benzine. De uitverkoop van clubbezittingen moet gezien worden als tanken. Bij de supporters is daardoor het vermoeden ontstaan dat Barcelona nu plankgas de pitstraat uit kan racen. Want stel dat Barcelona erin slaagt om op korte termijn inderdaad 600 miljoen op te halen, dan is er opeens een heleboel geld in kas.
Nieuwe jackpot
De aanhang heeft uiteraard vooral oog voor de korte termijn en vandaar ook dat de besluiten tijdens de ledenvergadering van vorige week direct werden vertaald naar de situatie-Frenkie de Jong. Voor Manchester United leek het een slechte zaak. De koers van Frenkie de Jong steeg doordat de indruk werd gewekt dat Barcelona dankzij een nieuwe jackpot alles onder controle had. Trainer Xavi had immers eerder gezegd dat de clubfinanciën bepalend zouden zijn voor de mogelijkheden op de zomermarkt. Met wel 600 miljoen in aantocht leek het ineens een stuk kansrijker dat zonder Frenkie de Jong te verkopen een bod uitgebracht kon worden op beoogde versterkingen zoals Robert Lewandowski.
Maar of dat reëel is valt nog maar te bezien. Een akkoord op de verkoop van een aantal clubbezittingen betekent natuurlijk nog niet dat deze verkopen binnen een paar dagen of weken zijn geregeld. Zo gaven de socios afgelopen oktober ook al groen licht voor de verkoop van een deel in Barca Studios. Dat is het onderdeel van Barcelona waar audiovisuele producties worden gemaakt voor de clubkanalen en enkele rechtenhouders. Het doel was een opbrengst van honderd miljoen euro en aangenomen werd dat Barcelona met dat geld zou gaan meestrijden om Erling Haaland. Maar de biedingen vallen tot dusverre tegen, waardoor er nog geen aandeel van Barca Studios is verkocht. Haaland tekende intussen voor Manchester City.
Hoewel het topvoetbal nu even stilligt, breekt achter de schermen een belangrijke fase aan voor Barcelona
Ook wat betreft de verkoop van tv- en merchandiserechten zijn er al gesprekken gevoerd, maar die hebben nog niet het gewenste bedrag opgeleverd. Een bod van 275 miljoen op BLM werd afgewezen. Ook de geïnteresseerde investeerders/fondsen zien natuurlijk dat de druk op Barcelona om snel geld binnen te halen enorm is en zij zullen daardoor niet direct de hoofdprijs bieden. Een complicerende factor is bovendien een juridische strijd tussen BLM en Nike, die is ontstaan onder de vorige voorzitter. De kwestie over de verkoop van de tv-rechten speelt ook al bijna een jaar. Al sinds augustus 2021 onderzoekt Barcelona de mogelijkheid om er meer uit te halen dan de collectieve deal die La Liga sloot met CVC. Veel van de mogelijkheden tijdens de transferperiode zullen afhangen van hoe de situatie rond de verkoop van clubrechten zich de komende weken ontwikkelt.
De tijd dringt
Intussen dringt de tijd. Hoewel het topvoetbal nu even stilligt, breekt achter de schermen een belangrijke fase aan voor Barcelona. Op 30 juni wordt het boekjaar 2021/22 afgesloten en op 31 juli is de deadline die La Liga hanteert voor het berekenen van het salaris- en transferplafond. Er zal Laporta veel aan gelegen zijn om over zijn eerste volledige seizoen als voorzitter een wat rooskleuriger beeld te presenteren. Om nog een acceptabel financieel resultaat over het seizoen 2021/22 te presenteren wordt het kort dag. Het tekort is het afgelopen jaar vele malen hoger uitgevallen dan Laporta beloofde. Bij zijn aantreden zei hij dat de onverantwoorde Bartomeu-verliezen tot het verleden behoorden. In de begroting was zelfs een kleine winst voorzien van vijf miljoen. De Catalanen werden echter uitgeschakeld in de groepsfase van de Champions League en ook in de Europa League kwamen ze niet verder dan de kwartfinale. Onder druk van de slechte prestaties deed Barcelona in de winter toch weer een grote aankoop: Ferran Torres kwam voor zestig miljoen over van Manchester City. Intussen haalden de inkomsten uit kaartverkoop en commercie nog niet het niveau van voor de coronapandemie.
Het operationele resultaat (het resultaat exclusief transfers) staat een week voor sluiting van het boekjaar uiteraard al vast. Daar is niks meer aan te veranderen. De enige kansen om de cijfers nog op te poetsen zijn een incidentele verkoop van clubbezittingen (zoals Barcelona dus wil) of het verbeteren van het transferresultaat. Dit laatste kan worden gerealiseerd door uiterlijk 30 juni voor veel geld een speler te verkopen. Over het seizoen 2021/22 kijkt Barcelona tegen een negatief transfersaldo aan van naar schatting circa honderd miljoen. Dit komt doordat de afschrijvingen op aankopen over die periode veel hoger zijn geweest dan de verkoopwinsten. De opvallendste verkoop tot nu toe is Phillipe Coutinho, die met 115 miljoen euro verlies aan Aston Villa is gesleten. Met nog maar een week op de teller voor sluiting van het boekjaar zal er een speler uit de hoogste prijscategorie verkocht moeten worden om het netto verlies nog enigszins in te lopen.
Frenkie de Jong lijkt wat dit betreft de ideale kandidaat. Voor hem is er concrete belangstelling, van Manchester United, en de overige spelers in de hoogste prijscategorie wil Barcelona liever niet op de markt brengen. De tieners Pedri en Ansu Fati verlengden afgelopen seizoen hun contracten en zijn akkoord gegaan met transferclausules van een miljard euro. Barcelona doet er ook alles aan om Gavi langer vast te leggen. Een categorie lager zijn Ronald Araújo en Ferran Torres naar schatting 40 tot 50 miljoen waard. Ook Araújo verlengde twee maanden geleden zijn contract met een clausule van een miljard. Torres speelt pas een paar maanden in Barcelona. Dus ook hen zal Barcelona niet in de etalage willen zetten.
Een treetje lager volgt de categorie spelers met een geschatte marktwaarde van circa 30 miljoen, zoals Memphis Depay. Dergelijke verkopen kunnen de pijn van het slechte financiële jaar 2021/22 nog wat verzachten, maar zullen geen heel grote impact meer hebben op het eindresultaat. Bovendien gaat het niet om de spelers die het beste in de markt liggen, waardoor een verkoop voor 30 juni niet zo waarschijnlijk is. Geïnteresseerde clubs hebben immers nog tot 1 september de tijd om te shoppen. En aangezien de kans best groot is dat Barcelona net als voorgaande jaren weer in de problemen komt met de inschrijving van nieuwe aankopen, zullen de vraagprijzen voor sommige spelers in een later stadium vermoedelijk nog dalen. Dus wil Laporta de transfercijfers over het seizoen 2021/22 nog oppoetsen, dan ligt de sleutel bij Frenkie de Jong.
Hypotheek op de toekomst
Maar stel nu dat er ineens een deal wordt gesloten over Barca Studios, de licentierechten of de uitzendrechten. Wat dan? Dan wordt een groot verlies over 2021/22 ineens een fraaie winst. De reactie zal dan zijn dat Frenkie de Jong ook best kan blijven of dat Manchester United veel meer geld zal moeten bieden. Een goede bod afslaan zal echter het onderliggende probleem bij Barcelona niet oplossen. Een verkoop van uitzendrechten is een eenmalige inkomstenstroom. Dergelijke deals bieden lucht op korte termijn, maar er ligt ook een hypotheek op de toekomst zodra Barcelona deze rechten heeft verkocht. Immers, er zullen elk jaar vele tientallen miljoenen tv- en merchandise-inkomsten wegvloeien naar de nieuwe mede-eigenaren van deze rechten. Om een voorbeeld te geven: als Barcelona een kwart van de uitzendrechten zou verkopen, betekent dit dat elk seizoen ruim 40 miljoen afgegeven moet worden aan een externe partij. Dit betekent dus een rem op de groei.
Forse nieuwe structurele inkomstensprongen worden pas verwacht bij de lancering van de vernieuwde Champions League (2024) en vooral na oplevering van het verbouwde stadion (waarvoor veel geld is geleend bij Goldman Sachs). Als alles meezit, is dat project in 2026 gereed. De komende jaren staan in het teken van tijdelijk verhuizen en spelen in Camp Nou met een beperkte capaciteit. Dat zal geen positief effect hebben op de omzet van de club. Aangezien het loongebouw in relatie tot de omzet nu al veel te hoog is, maakt dit eens te meer duidelijk dat Barcelona gezien de komende overgangsjaren fors zal moeten snijden in de salarissen. Ook zonder Lionel Messi bedroegen de loonkosten afgelopen seizoen nog altijd meer dan een half miljard. Komend seizoen is het doel om de salarissen terug te brengen naar circa 400 miljoen — het niveau van Real Madrid.
De salariskosten moeten met 160 miljoen naar beneden. En dan nog is de vraag of La Liga dit voldoende vindt.
Om dit te bereiken moeten de salariskosten met 160 miljoen naar beneden. En dan nog is de vraag of La Liga dit voldoende vindt. In de loop van de zomer wordt bekend welk salarisplafond La Liga de club zal opleggen. Zeker is dat over het afgelopen seizoen de salarislimiet is overschreden. Als gevolg daarvan zal La Liga de clubleiding verplichten om transferinkomsten in eerste instantie aan te wenden voor de gezondmaking van de club. Van elke verdiende transfereuro mag dan maar een deel worden gestoken in een nieuwe aankoop. Het opschonen van de loonlijst zal nog een behoorlijke klus worden. Naar mannen als Samuel Umtiti, Martin Braithwaite, Miralem Pjanic en Clement Lenglet is momenteel nog niet heel veel vraag. Zo aan het begin van de transferperiode zullen zij nog niet de druk voelen om hun prachtige contracten op te geven.
Een andere manier om de loonkosten naar beneden te brengen is spelers onder druk zetten om akkoord te gaan met salariskortingen. Dat gebeurde de afgelopen jaren al een paar keer, maar het is nog steeds niet genoeg. Twee weken geleden kondigde het bestuur een nieuwe ronde aan. Het is maar de vraag of Frenkie de Jong daar trek in heeft, als hij bij Manchester United kan onderhandelen over een beter salaris. De topspelers verdienen daar twintig miljoen. Barcelona wil naar salarissen van maximaal tien miljoen euro, maar enkele spelers, zoals Frenkie de Jong, zitten daar ruimschoots boven. Een laatste optie voor een wat gunstiger salarisbeeld is het verschuiven van uitgaven naar de toekomst. Dit gebeurde bijvoorbeeld met Torres en Pierre-Emerick Aubameyang. Zij verdienen in het begin wat minder en krijgen later tijdens hun contract een hoger loon. Dankzij dit soort constructies kon Barcelona coach Xavi toch een betere ploeg voorschotelen, maar ook in dit opzicht is er wel weer een hypotheek gelegd op de toekomst. Er moet kortom nog het nodige gebeuren voordat Barcelona de al aangetrokken (transfervrije) nieuwelingen zoals Andreas Christensen (Chelsea) en Franck Kessié (AC Milan) kan registreren.
‘We willen een Barça dat kan concurreren met de staatsclubs’, zei Laporta recent, doelend op Manchester City (Verenigde Arabische Emiraten) en Paris Saint-Germain (Qatar). De vraag is of een uitverkoop van de clubbezittingen en het leggen van nieuwe hypotheken op de toekomst van de club de manier is. Een snelle, eenmalige geldinjectie van 600 miljoen is enorm, maar de club zal ook moeten incalculeren dat het daardoor in de toekomst niet optimaal zal profiteren van zijn eigen groei omdat de inkomsten gedeeld moeten worden met externe partijen. Dit maakt het verlagen van de structurele kosten nog urgenter. Dit betekent dus: minder afschrijvingskosten in de boeken en de topverdieners afvoeren van de loonlijst. Manchester United heeft steeds het gevoel gehad dat de bovenliggende partij te zijn in de onderhandelingen, omdat Barcelona diepere problemen heeft met de cashflow en dat de club het zich eigenlijk niet kan permitteren om nee te zeggen tegen een acceptabel bod op Frenkie de Jong. Daar lijkt United gelijk in te hebben.