Werder Bremen staat bij de hervatting van de Bundesliga voor een immense krachtproef. De club van Davy Klaassen moet degradatie zien af te wenden, na een halfbakken en onrustige voorbereiding.
Aan de andere kant van de telefoonlijn valt een stilte. Davy Klaassen weegt zijn woorden en zegt dan: ‘Er is in Duitsland en vooral in Bremen veel te doen over de hervatting van de competitie. Ieder woord wordt uitvergroot. Het lijkt me beter even geen commentaar te geven.’
Nergens in Duitsland ligt het onderwerp gevoeliger dan in de deelstaat Vrije Hanzestad Bremen. Niet alleen de kleinste, maar ook de meest strikte deelstaat, wat betreft de bestrijding van het coronavirus. Waar in Nederland het kabinet centraal beleid maakt, wordt in Duitsland veel verantwoordelijkheid overgelaten aan de regionale politiek. Welke gevolgen dat voor Werder Bremen had, bleek meteen al bij de planning van de eerste trainingsdag in tijden van corona. Hoofdcoach Florian Kohfeldt hoopte, zoals veel andere Bundesliga-clubs, op 6 april het trainingsveld weer op te stappen. Twee weken nadat FC Augsburg als eerste de training had hervat. Maar daar stak de lokale SPD-politicus Ulrich Mäurer in eerste instantie een stokje voor.