'Alleen tijdelijk wat mis aan Van Bommel'

Wat is er allemaal mis met Mark van Bommel? Veel, volgens insiders. Mede daarom heb ik Van Bommel de laatste weken, vanaf PSV's uitwedstrijd tegen Perugia, nadrukkelijker geanalyseerd dan gebruikelijk. Ik lette niet alleen op zijn passes, zijn schoten of zijn tactische positie in de ploeg, maar ook op zijn instelling en lichaamstaal, waarbij ik uiteraard niet kon vermoeden dat Van Bommels voorzitter twee weken geleden openlijk aangaf dat het voor Mark én Mateja Kezman maar beter is dat ook zij uit Eindhoven vertrekken. Omdat het voor beiden niet meer zo makkelijk is telkens weer motivatie voor PSV op te brengen. Harry van Raaij had het over 'de broodnodige prikkel'.

'Alleen tijdelijk wat mis aan Van Bommel'

Eerst maar eens die lichaamstaal. Waarbij ik even in uw herinnering wil oproepen dat Mark van Bommel nooit een speler is geweest die kalmpjes over het veld stapte. Van Bommel is eerder explosief, ongeremd en driftig dan ingetogen en zo gedroeg hij zich ook de voorbije wedstrijden. In de thuiswedstrijd tegen Perugia schold hij Arjen Robben zowat de oren van zijn hoofd, omdat die vanaf de achterlijn de bal niet teruglegde. Waarna de perstribune weer eens repte over Van Bommels frustratie, terwijl ik niets nieuws ontdekte. Mark van Bommel was altijd al erg aanwezig op het veld. Hij is lastig voor zichzelf en anderen, en heeft al enige tijd het vermogen op de tribune vijanden te maken.

Dat laatste is in Nederland opvallend. Wij schreeuwen om het hardst dat we de zogenoemde winnaarstypes ontberen, dat onze competitie barst van de doetjes. En Van Bommel is géén doetje. Alleen, hij wint de laatste tijd niet zoveel meer. Pas vorige week zaterdag, in de tweede helft tegen NAC Breda, zag ik hem enige tijd hulpeloos rondhobbelen nadat hij weer een slechte pass had gegeven. Daarvóór streed hij als vanouds, zij het zonder overtuiging.

Mark van Bommel heeft inmiddels zelf ook het gevoel dat hij erg ver van zijn oude vorm is verwijderd en dat hij de nationale pispaal is. En dat laatste verhindert de rentree van een aanvaardbaar spelniveau. Bij PSV en in het Nederlands elftal, waar hij, tobbend zoals nu, wel eens de Jan van Beveren of Willy van der Kuijlen van de 21ste eeuw zou kunnen worden. Zeker nu hij het heeft aangedurfd openlijk wat te zeggen over de hysterie waarmee jonge Amsterdamse talenten worden bejegend. Weer vreemd: wij van de pers vinden het mooi als voetballers een mening durven te verkondigen, maar hebben zij die, dan sabelen we die neer.

Van Bommel werkte, knokte, zwoegde het merendeel van PSV's wedstrijden naar mijn stellige overtuiging zoals altijd en soms overdreef hij zelfs. Eerder te ambitieus dan op zoek naar de broodnodige prikkel. En hoe meer hij deed, hoe meer er fout ging. Van Bommel voetbalde gewoon niet goed genoeg. Ook omdat er rondom hem een groot verwachtingspatroon heerst. Na zijn formidabele doelpunt voor het Nederlands elftal tegen Engeland op White Hart Lane waren er zelfs kenners die meenden dat het elftal om hem heen moest worden gebouwd. Wat onzin is.

Van Bommel kan goed zijn als hij zichzelf controleert, controlerend speelt, rustig passt en stimuleert. Een belangrijke kracht voor vooral PSV. Nu is hij dat even niet, maar ik houd staande dat de echte Van Bommel weer snel opstaat. En ik beweer dat de echte Van Bommel een prima leider zou zijn voor het nieuwe, jonge, frisse PSV dat Guus Hiddink voor ogen heeft. Ofwel, ik vind dat er alleen tijdelijk wat mis is met Van Bommel.

Kees Jansma

Bekijk hier al onze video's