Blunders kosten Engeland EK, Hiddink juicht
Engeland is er volgende zomer niet bij op het EK. De ploeg van bondscoach Steve McClaren had voldoende aan een punt, maar ging blunderend ten onder tegen het al geplaatste Kroatië. Rusland ploeterde in Andorra, maar is er wél bij in Oostenrijk en Zwitserland.
Engeland-Kroatië 2-3Door het verlies van Rusland in Israël (2-1) van zaterdag had Engeland ineens alles weer in eigen hand om zich te plaatsen voor het EK. Tegen Kroatië was een gelijkspel voldoende, maar het liep compleet anders voor de Engelsen.
Binnen een kwartier had Kroatië de defensieve zwakte van Engeland blootgelegd. De keeperswissel van McClaren pakte ongelukkig uit. Scott Carson, die de plaats innam van Paul Robinson, ging na negen minuten compleet in de fout bij een schot van Niko Kranjcar.
De blunder van Carson en de 1-0 achterstand deden bij de Engelsen de onzekerheid toenemen. Vijf minuten na de openingstreffer keken vijf Engelse verdedigers naar de bal aan de voet bij Eduardo da Silva. Geen van allen lette op Ivica Olic die na een steekpass voor 2-0 zorgde.
De Engelsen toonden nog karakter door terug te komen tot 2-2. Na de benutte strafschop van Frank Lampard en de knappe volley van Peter Crouch, sloeg het noodlot echter opnieuw toe. Invaller Danijel Pranjic speelde de bal naar een andere invaller, Mladen Petric. Met links schoot de aanvaller van Borussia Dortmund de bal diagonaal langs Carson: 2-3.
Andorra-Rusland 0-1Door de nederlaag van Engeland flikte Guus Hiddink het toch door te dringen tot de eindronde van het EK. Niet door oogstrelend voetbal tegen Andorra, maar dat zal de Russen een zorg zijn.
Hiddink greep tegen het dwergstaatje nog voor de rust in door verdediger Vasili Berezoetski naar de kant te halen en de aanvallender ingestelde Dmitri Torbinski in te brengen. Het bleek een goede wissel, want een minuut later kopte Dmitri Sitsjev de 1-0 binnen uit een voorzet van de invaller.
Nog steeds voor de rust kreeg Rusland ook nog een strafschop. Denis Kolodin miste de buitenkans echter en daardoor bleef het spannend. Rusland speelde voornamelijk tegen zichzelf, wat in de slotfase werd geïllustreerd door aanvoerder Andrei Arsjavin die met een directe rode kaart van het veld moest.