Countdown naar start CL: rentree viervoudig finalist
VI telt dagelijks met een opmerkelijke statistiek af naar de start van het 21ste Champions League-seizoen op 18 september, vandaag over twee dagen.
Juventus maakt na twee seizoenen afwezigheid weer zijn rentree in de Champions League. Juve is samen met het Spaanse Valencia de enige club die twee opeenvolgende CL-finales verloor.
Het debuut in Europa's belangrijkste bekertoernooi verliep voorspoedig. Nadat Juventus in 1994/95 de finale van de UEFA Cup had verloren van Parma (0-1, 1-1), onttroonde het een jaar later Ajax van zijn Europese titel.
In het Romeinse Stadio Olimpico kwam het na doelpunten van Fabrizio Ravanelli en Jari Litmanen op penalty's aan. Door missers van Edgar Davids en Sonny Silooy (die op de foto onder stuit op doelman Angelo Peruzzi) mocht aanvoerder Gianluca Vialli de Europa Cup voor landskampioenen in ontvangst nemen. Juventus slaagde er niet in om de CL-zege te prolongeren, hoewel het met de in de zomer aangetrokken spelmaker Zinedine Zidane als grote favoriet aan de eindstrijd van 1996/97 in München begon. Borussia Dortmund verraste de voltallige voetbalwereld. De ploeg van Ottmar Hitzfeld ging rusten met een 2-0 voorsprong, dankzij twee goals van Karl-Heinz Riedle (foto onder).
Na rust kon Juve de schade niet repareren. De aansluitingstreffer van invaller Alessandro Del Piero in de 65ste minuut (hakbal) werd zes minuten later teniet gedaan door een schitterende bevrijdende goal van de eveneens ingevallen Lars Ricken.
Tot ontzetting van Zidane en onder meer ook Del Piero, Didier Deschamps en doelman Angelo Peruzzi ging op 20 mei 1998 de derde CL-eindstrijd in drie jaar ook verloren. In de Amsterdam Arena was een treffer van Predrag Mijatovic voldoende voor Real Madrid om de eerste Europa Cup I sinds 1965/66 in de wacht te slepen. Weer een seizoen later leek Juventus op de vierde eindstrijd in successie af te stevenen. Door twee goals van Filippo Inzaghi stond de ploeg van trainer Carlo Ancelotti tijdens de return in eigen huis al na elf minuten op een 2-0 voorsprong tegen Manchester United, nadat de heenwedstrijd in 1-1 was geëindigd. De latere winnaar repareerde die achterstand echter alsnog via goals van Roy Keane, Dwight Yorke en Andy Cole.
In het seizoen 2002/03 stond Juventus uiteindelijjk toch voor de vierde keer in de finale van het miljoenenbal. Ditmaal was AC Milan te sterk, al waren daar na 120 doelpuntloze minuten wel penalty's voor nodig.
Twee jaar eerder had Valencia de prestatie van Juve al geëvenaard. Onder leiding van trainer Rafael Benítez reikte de Spaanse ploeg zowel in 2000 als 2001 tot eindstrijd. Het moest echter toezien hoe Real Madrid (0-3) en Bayern München (1-1, penalty's) de Cup met de Grote Oren mee naar huis namen.
Met vier finaleplaatsen hoeft Juventus in twintig jaar CL-geschiedenis alleen AC Milan boven zich te dulden wat betreft aantal gespeelde finales. De Rossoneri speelden er zes en wonnen er drie. Barcelona en Manchester United speelden evenveel finales als De Oude Dame maar wonnen er meer, respectievelijk drie en twee. Bayern München speelde net als Juve vier finales, die maar één eindoverwinning opleverden. (Tim Vos)