'De fuck you-blues van Foppe de Haan'

Bobby Charles is een begenadigd zanger uit Louisiana. Ik heb zijn hele oeuvre in de kast staan, maar ik kan me voorstellen dat u nog nooit van hem heeft gehoord. Toch kent u deze cultartiest, want als jochie van twaalf jaar schreef hij de klassieker See You Later Alligator. Op zijn nieuwe album staat het prachtige nummer Football Blues.

'De fuck you-blues van Foppe de Haan'

Zodra ik dat album draai, moet ik aan Foppe de Haan (foto) denken. Foppe heeft vreselijk de blues. Hij wordt niet gekweld door een verloren liefde of schrijnende armoede, Foppe had zichzelf wijsgemaakt dat hij met een gouden plak zou terugkeren van de Olympische Spelen in China. Toen Oranje werd uitgeschakeld, sloeg de blues genadeloos toe en vanaf dat moment hobbelt hij klagend, jankend, mekkerend en naschoppend langs journalisten, televisieprogramma's en spreekbeurten in het land.'

'De bondscoach verwijt zijn spelers dat ze geen zelfkritiek hebben en niet met tegenslagen kunnen omgaan, maar hijzelf reageert zijn teleurstelling af op de voetballers die hij heeft geselecteerd. Hij liet Luigi Bruins, Nordin Amrabat en Ismail Aissati thuis en blijft, na zijn terugkeer in Nederland, maar af-geven op de spelers die hij wél meenam. 'Royston Drenthe was een fenomeen toen Jong Oranje Europees kampioen werd', aldus de coach. ‘Nadat hij voor dertien miljoen euro naar Real Madrid is vertrokken, is hij de kluts kwijt. Royston denkt dat hij veel beter is dan hij daadwerkelijk is. In China wilde hij laten zien dat hij de beste van de wereld is. Dat is hij niet. Hij begint pas. Tegen Argentinië wilde hij wedijveren met Lionel Messi wie de beste is. Dat kon hij vergeten. Messi is beter. Het stoorde me dat hij een flesje water dronk en dat vervolgens naast de prullenbak gooide. Ik heb zo'n jongen voor lul uitgemaakt. Of ballen vlak voor de training in de bosjes schieten en dan een materiaalman die ballen laten halen. Dat zegt alles over hoe je over een ander denkt. Het heeft aan me gevreten. Maar ik ben eroverheen.' Dat vraag ik me overigens af. Ook Foppe lijdt na twee Europese titels aan zelfoverschatting. Dat blijkt wel uit het feit dat hij op een gouden plak rekende en uit zijn belerende toontje zodra hij over voetbal praat. Hij heeft bij SC Heerenveen handig geprofiteerd van de voetbalvisie van voorzitter Riemer van der Velde, maar Foppe moet nu ook weer niet denken dat hij bij de vaderlandse toptrainers Guus Hiddink, Dick Advocaat, Martin Jol, Fred Rutten, Louis van Gaal en Huub Stevens hoort. Ook daarom heeft Foppe de blues. Hij hunkert naar erkenning en waardering, en de Chinese deceptie bezorgt hem nog steeds slapeloze nachten. In het vakblad De Voetbaltrainer haalt hij tien pagina's lang zijn gelijk. Hij heeft zeker niet altijd óngelijk en wordt ook al wat genuanceerder, maar het blijft ongebruikelijk dat een coach zijn status probeert te redden over de ruggen van zijn spelers. Een uittreksel van de Foppe Blues. Oordeelt u zelf maar.

'Het hoogst haalbare voor een sportman, een olympische medaille, is voor mij niet meer mogelijk en dat doet ongelooflijk pijn. In China bekroop me een gevoel dat ik nog nooit had. Dit kan mijn team niet zijn, hier hoor ik niet bij. De spelers hadden een schema meegekregen, waarin beschreven stond wat ze tijdens de vakantieperiode dagelijks aan fysieke arbeid moesten verrichten. Op 20 juli kwam de grote shock. Ik wist niet wat ik zag toen ik de eerste testuitslagen onder ogen kreeg. Cijfers liegen nooit. Ik voelde me besodemieterd. Zelf had ik keihard getraind om fit aan de Olympische Spelen te kunnen beginnen, maar zeker tien van die jonge gasten waren te beroerd geweest om hun huiswerk te doen aan de vooravond van zo'n belangrijk moment in hun loopbaan. Bij sommige spelers was de conditionele terugval dramatisch groot. Bij Hedwiges Maduro bijvoorbeeld.'

'Op het middenveld miste ik een speler als mijn verlengstuk. Misschien had ik Marcel Meeuwis van Roda JC moeten meenemen. In interviews zegt hij vaak zinnige dingen over voetbal en op het veld zie ik hem goede keuzes maken. We hadden verwacht dat Ryan Babel die rol zou vervullen, tijdens het EK in 2007 was dat namelijk het geval. In China was hij helemaal op zichzelf gericht en nauwelijks met het team bezig. Ryan is in een jaar erg veranderd. Daar heb ik met hem over gesproken, maar zelf ervaart hij dat helemaal niet. Datzelfde gold voor Evander Sno. We hadden een ruime selectie beelden van hem gemaakt waarin hij verkeerde keuzes maakte. "Zo voetbal ik nou eenmaal", antwoordde hij. Maar hij was beslist niet de enige die niet in de gaten had hoe matig hij presteerde. De spelers hebben er moeite mee kritisch naar zichzelf te kijken. Dan gaan ze meteen in de verdediging. Ik voel me beslist niet te groot om toe te geven dat ik voor sommige posities beter voor andere spelers had kunnen kiezen. Amrabat was een optie geweest, al moet hij nog heel veel leren. Hij maakt voetballen te ingewikkeld. Hij loopt te veel met en te weinig zonder bal.'

'Kijk ik kritisch naar mijn eigen rol, dan moet ik constateren dat de groep van vorig jaar qua type spelers beter bij mij paste dan dit olympisch elftal. Sno moest tegen Argentinië in de mandekking spelen op Riquelme en er bij balbezit overheen gaan. Hij gaf de Argentijn alle ruimte. Laat ik het erop houden dat hij tactisch nog heel veel moet leren. Maar er stond niemand in het veld die hem corrigeerde. De meeste spelers hebben zichzelf overschat en de omstandighedenonderschat. Het veranderende gedrag van een aantal spelers was een struikelblok. Jonge spelers die midden in hun ontwikkeling zitten kiezen voor het grote geld. Vervolgens denken ze dat ze er zijn en dreigen ze het contact met de gewone wereld te verliezen. Ze zijn vooral met zichzelf bezig. Ze sluiten zich af en houden zich niet bezig met het groepsproces. Hierdoor zijn ze moeilijk te bereiken, ze hebben weinig zelfkritiek en zijn moeilijker te coachen. Ze zijn in de weer met een iPod en een laptop. Als andere Nederlandse sporters op het punt stonden om een bijzondere prestatie te leveren op de Olympische Spelen, keken ze niet eens naar de televisie. Ze zaten midden in een game.'

'Sommige jongens hebben me aangenaam verrast. Dirk Marcellis, Calvin Jong-A-Pin, Erik Pieters, Kenneth Vermeer, Piet Veldhuizen en Urby Emanuelson zijn echte teamspelers. Ook Jonathan De Guzman heeft op dat gebied progressie gemaakt. Ik heb er alles aan gedaan om die jongens te helpen. Voor Drenthe maakte ik een band, om hem te laten zien wat hij allemaal verkeerd deed. Die beelden waren het bewijs dat hij keer op keer zijn medespelers in de steek liet. Voor dergelijk gedrag kun je iemand uit de groep verwijderen. Maar dat had hij toch niet begrepen. Hij moet snel het kind in hem terugvinden dat alleen met de bal bezig wil zijn. Dat kind maakt zich niet druk over een nog duurder horloge of dat het als laatste het veld moet opkomen. Dat blijkt tegenwoordig een bewijs te zijn dat je de vedette van het team bent. Hij heeft me zó teleurgesteld, dat ik hem voorlopig niet meer wil zien. Dat heb ik hem telefonisch meegedeeld. Ik voel me door hem in de steek gelaten, dat heb ik niet verdiend.'

'Deze jongens kunnen heel moeilijk met kritiek, tegenslagen of teleurstellingen omgaan. In hun eigen omgeving hebben ze jaren achter elkaar alleen maar gehoord hoe goed ze zijn, want iedereen wil graag delen in hun succes. We mogen geen talenten meer opleiden die denken dat de hele wereld om hén draait. Dat egocentrische moet stevig en vooral vroegtijdig aangepakt worden. In China straalden ze uit dat zij spelers waren om wie alles draaide. Bijna elk probleem kun je in hun ogen met geld oplossen en dat hebben ze in overvloed. Dat heeft hun mensbeeld in korte tijd ingrijpend veranderd. Er was een gebrek aan verantwoordelijkheid binnen deze groep. Dat zag ik in het hotel. Hoe durft iemand mij erop aan te spreken dat ik alweer geen veiligheidspas draag? Fuck you!'

Bekijk hier al onze video's