Del Bosque, recordcoach van ijzersterk Spanje
Spanje verloor slechts twee van de 32 interlands onder bondscoach Vicente del Bosque en won de overige dertig. VI schetst een portret van de keuzeheer van Oranje's tegenstander in de WK-finale.
Het is een samenwerking die niet kon uitblijven. Vicente Del Bosque volgde na het gewonnen EK 2008 Luis Aragonés op als bondscoach van Spanje. Maar het had net zo goed twee of vier jaar eerder kunnen zijn.
Door de jaren heen is hij diverse keren genoemd als bondstrainer. Niet verwonderlijk voor iemand die als hoofdtrainer van Real Madrid onder meer twee landstitels (2001, 2003) en twee keer de Champions League (2000, 2003) won. Maar Del Bosque heeft zich door zijn successen de luxe toegeëigend zélf te bepalen waar en wanneer hij aan de slag gaat.
Zo bedankte hij in 2004 voor het bondscoachschap van Spanje. Ook een poging van de Mexicaanse bond voor het WK 2006 was tevergeefs. Del Bosque’s laatste werkgever was Besiktas waar hij in januari 2005 werd ontslagen.
In Spanje staat de oefenmeester, als bondscoach debuterend met een 3-0 zege op Denemarken in augustus 2008, bekend als een gentleman die niet van zijn stuk te krijgen is. 'De overgang van club- naar bondscoach is natuurlijk verlopen', stelt Del Bosque.
'Voorheen bij Real Madrid heb ik ook in de jeugdopleiding gewerkt en deel uitgemaakt van het scoutingsapparaat. Ook toen bestonden mijn werkzaamheden uit het observeren van spelers en allerlei zaken die niet direct met de wedstrijden te maken hebben.' Zijn start is uitmuntend; door de 6-0 zege op Azerbeidzjan in juni 2009 is Del Bosque de eerste bondscoach ooit die zijn eerste tien interlands winnend besluit. Met die reeks verbetert hij het record van de Braziliaan João Saldanha die zijn eerste negen duels zegevierde.
De serie van Del Bosque strandt na dertien opeenvolgende overwinningen als Spanje in de halve finale van de strijd om de Confederations Cup met 2-0 van de Verenigde Staten verliest.
Del Bosque is verweven met Real Madrid. Tijdens zijn actieve loopbaan speelt hij als verdedigende middenvelder tussen 1973 en 1984 niet minder dan 441 competitiewedstrijden (dertig goals) voor De Koninklijke.
Met die gouden generatie verovert hij vijf kampioenschappen (1975, 1976, 1978, 1979, 1980) en vier nationale bekers (1974, 1975, 1980, 1982). Relatief snel na zijn laatste profwedstrijd in 1984 gaat de achttienvoudig international (één goal) aan de slag in Reals jeugdopleiding.
Del Bosque ervaart aan den lijve hoe lastig de baan van hoofdtrainer in Estadio Bernabéu is. In het eerste Galáctico-tijdperk besluit voorzitter Florentino Pérez daags na de tweede landstitel (2003) het contract met Del Bosque níet te verlengen. 'Ons gevoel zegt dat hij niet de juiste coach voor de toekomst was', aldus de preses.
Dan al sijpelt het gerucht door dat de macht van de hoofdtrainer beperkt is; de meeste competenties liggen bij Pérez en algemeen directeur Jorge Valdano. Het aanbod aan te blijven als technisch directeur wijst Del Bosque beleefd af. Met terugwerkende kracht krijgt Del Bosque nadien veel erkenning voor zijn werk in Madrid, doordat het tot 2007 zal duren voordat de hoofdmacht weer eens een prijs bemachtigt.