Feyenoord krijgt wat het wil
De Kuip vierde feest. Het laatste thuisduel van Feyenoord, eindigde in een gelijkspel. Maar dat ene puntje was precies genoeg om zich te plaatsen voor de Champions League. Door het gelijkspel moet FC Utrecht echter vrezen naast Europees voetbal te grijpen.
Het gelijkspel was een terechte uitslag. Feyenoord was iets beter dan de Utrechters, die vooral hard werkten. Maar de Rotterdammers drongen niet al te veel aan, en speelden vooral voor het ene punt dat Champions League-voetbal veilig stelde.
Aanvankelijk was de Rotterdamse vrolijkheid na ruim een kwartier spelen nog verstomd. FC Utrecht bewees in De Kuip nogmaals dat de ploeg dit seizoen zeer aardig voetbalt. Niet voor niets is de ploeg op PSV na, het best presterende elftal sinds de winterstop. In de achttiende minuut kopte Stefaan Tanghé vrij binnen en bracht Utrecht op een 1-0 voorsprong.
Veel tijd kreeg de ploeg van coach Frans Adelaar niet om te genieten van de voorsprong. De gehavende Rotterdamse ploeg (onder meer geen Jon Dahl Tomasson, Igor Korneev, Bonaventure Kalou en Paul Bosvelt) zag het kleine overwicht dat de thuisploeg sinds de openingsfase had opgebouwd, beloond. David Connolly illustreerde zijn recente goede vorm door de 1-1 binnen te schieten.
Het duel bleef boeiend tot het slot. Beide ploegen hadden immers ook genoeg om voor te spelen, ook al beweerden boze tongen dat Feyenoord de tegenstander wel een handje zou willen helpen in de race om Europees voetbal. Met winst van FC Utrecht zou aartsrivaal Ajax immers flink kunnen worden gepest.
Maar dat complot werd ontzenuwd door Jean-Paul van Gastel. Voor het eerst dit seizoen stond de door blessures geplaagde ex-aanvoerder in de basis. In de 71ste minuut mocht hij aanleggen vanaf elf meter, omdat Leonardo net binnen het strafschopgebied werd onderuitgetikt door Mitchell van der Gaag. Ook Feyenoord kon niet lang nagenieten van de voorsprong, want twee minuten na het eerste competitiedoelpunt van Van Gastel kopte Patrick Zwaanswijk de gelijkmaker binnen.