KNVB en VVCS uiten zorg over investeringsmaatschappijen
Als het aan de internationale spelersvakbond FIFPro ligt worden constructies waarbij een investeringsmaatschappij de transferrechten van een speler (gedeeltelijk) in handen heeft in heel Europa verboden. Ook de UEFA is niet te spreken over de opkomst van dergelijke constructies. Vanuit Nederland uiten de KNVB en vakbond VVCS hun zorgen over het zogeheten third-party ownership (TPO).
Hoewel het in Nederland een relatief onbekend fenomeen is, is TPO in landen als Portugal, Brazilië en Argentinië eerder regel dan uitzondering. Investeringsmaatschappijen kopen daar massaal de transferrechten van talentvolle voetballers op, in de hoop daar op termijn een flinke klapper mee te maken. De selectie van een topclub als Benfica bestaat vrijwel uitsluitend uit spelers die voor een gedeelte bij een derde partij onder contract staan. Spelersvakbond FIFPro spreekt zijn afschuw uit over die constructies en wil ze verbieden.
Raar
Zover is het in Nederland nog niet, al houdt de VVCS de vinger wel aan de pols. TPO deed eind vorig jaar namelijk zijn intrede bij FC Twente, dat de eigendomsrechten van enkele talentvolle spelers voor een deel heeft verkocht aan Doyen. 'Juridisch schijnt het te kunnen, maar of je het als club moet willen is de vraag. Er kunnen hele rare situaties ontstaan', aldus voorzitter Danny Hesp (foto boven) van de VVCS tegen Voetbal International.
Hesp wijst op belangenverstrengeling en de inmenging van een investeringsmaatschappij in het transferbeleid van een club. 'Op papier hebben zulke bedrijven niets te zeggen, maar ik ben benieuwd wat er gebeurt als een speler wiens rechten bij zo'n bedrijf liggen besluit zijn contract uit te dienen. Wordt er dan door die externe partij druk uitgevoerd op de club om hem alsnog te verkopen? Kan die speler dan nog wel zijn eigen keuzes maken? We houden die ontwikkeling scherp in de gaten.'
Onafhankelijkheid
Ook voor de KNVB is TPO een onderwerp waar veel aandacht aan wordt besteed. De bond wil volledige openheid van zaken over de gemaakte afspraken tussen clubs en bedrijven, laat de bond weten in een reactie. 'Het belangrijkste voor ons is dat de clubs en spelers hun onafhankelijkheid behouden. Derde partijen mogen bijvoorbeeld geen invloed hebben op het tijdstip dat en de voorwaarden waaronder het contract van een speler wordt afgekocht. De KNVB vraagt overeenkomsten met betrekking tot financieringsconstructies van spelers op om te toetsen of hieraan voldaan wordt. Natuurlijk is het zo dat deze onafhankelijkheid in de praktijk lastig te toetsen valt.'
'Een belangrijke voorwaarde is dat een speler zijn arbeidsovereenkomst met de club heeft en ook het salaris van de club ontvangt. Spelers mogen niet op de loonlijst van een derde partij staan', vervolgt het statement van de bond. Als de onafhankelijkheid van een club of speler in het geding komt door bedrijven zoals Doyen, grijpt de KNVB in. 'Dan moeten de contracten worden aangepast.' (Reon Boeringa)
Om mee te kunnen praten, moet je ingelogd zijn met je VI-account.
Login