'Machtsstrijd FC Utrecht kent alleen verliezers'
Elk jaar sneuvelen er een paar. Gefrustreerd en maatschappelijk beschadigd verdwijnen ze weer in de anonimiteit van hun eigen wereldje. Rotary-leden in maatkostuums, dure hemden en met zuiverzijden dassen. Ze kondigen stoer aan dat ze hun club bedrijfsmatig gaan runnen. Dan weet ik al genoeg. Dergelijke niet door enige kennis van zaken geremde mensen zijn dankbare slachtoffers van de voetbaljungle, waar het emotie-management regeert.
Ik denk dat de raad van commissarissen van FC Utrecht uit integere personen bestond. Ben Swagerman, vice-voorzitter en woordvoerder, is voormalig hoofdofficier van justitie, tegenwoordig bekleedt hij een topfunctie bij de KLM. Gedreven door ijdelheid en hunkering naar status, beginnen deze maatschappelijk geslaagde mensen met oprechte bedoelingen aan zo'n klus. Voor de onkostenvergoeding hoeven ze het niet te doen, alleen spelers en zaakwaarnemers worden rijk van voetbal. De heren wisten waaraan ze begonnen.
Vanaf 1970, toen DOS, Elinkwijk en Velox als FC Utrecht verdergingen, is het onrustig binnen de populaire volksclub. Begin jaren tachtig was er onder voorzitter Cees Werkhoven een zwartgeld-schandaal. De spelers collecteerden zelfs langs de deuren om de club te redden en uiteindelijk kwam de gemeente Utrecht, onder druk van de publieke opinie, met een financiële injectie over de brug.
In 2003 was FC Utrecht, met een schuld van bijna veertig miljoen euro, vrijwel failliet. Opnieuw schoot de gemeente te hulp. De gemeenteraadsleden Hans Spekman (PvdA) en Broos Schnetz (Leefbaar Utrecht) bedachten, samen met ex-keeper Joop Leliveld van bouwbedrijf Midreth, een saneringsplan. Midreth kocht het stadion met een gemeentelijke lening van 25 miljoen euro en verhuurt De Galgenwaard sindsdien voor 900 duizend euro per jaar aan FC Utrecht. Memid, een dochteronderneming van Midreth, mag de locaties rond het stadion ontwikkelen. Er werd een toezichthouder van de gemeente aangesteld en interim-directeur Martin Sturkenboom voerde een genadeloze saneringsoperatie uit. Alle stromingen binnen de club wilden hem behouden, Sturkenboom bedankte voor die eer en liet een arme maar gezonde club achter.
Jan Willem van Dop is een ervaringsdeskundige. Hij was jaren financieel manager van Feyenoord en hoopte daar de opvolger van voorzitter Jorien van den Herik te worden. Maar toen hij daarvoor niet in aanmerking kwam, koos hij voor FC Utrecht. Van Dop weet als geen ander dat het beleid van een ambitieuze club gebaseerd is op wishful thinking. Als verantwoordelijke man neem je dagelijks beslissingen die in het bedrijfsleven not done zijn. De transferwaarde van de spelers wordt voortdurend gebruikt en misbruikt om investeringen te verantwoorden. In de voetballerij raakt niemand in paniek van rode cijfers, zolang er nog een paar aardige spelers op het veld staan.
Daar had de raad van commissarissen moeite mee. Dat is heel begrijpelijk, want de club had al twee keer eerder op de rand van een faillissement gebalanceerd. Daarom wilden de heren niet op afstand toezicht houden, maar dagelijks over de schouders van Van Dop meeregeren. Voorzitter Leo Markesteijn dacht daar anders over en vertrok, maar Swagerman en zijn paladijnen hijgden Van Dop voortdurend in zijn nek.
Het stoorde de commissarissen dat er een tekort op de niet goedgekeurde begroting bestond en dat de begroting van de afdeling damesvoetbal niet was goedgekeurd. Ze waren van mening dat Van Dop de financiële situatie bagatelliseerde en dat de inkomsten niet in de pas liepen met de sportieve ambities. Verder hadden de heren de indruk dat Van Dop als directeur de zaken bewust traineerde en een solistische rol speelde. En dat waren ze niet gewend in hun eigen winkel. De commissarissen hadden een punt toen ze vraagtekens zetten bij het aantrekken van Kevin Vandenbergh. Van Dop kocht de Belgische spits voor 1,5 miljoen euro van RC Genk. Hoofdsponsor Phanos zou deze investering voor zijn rekening nemen, maar daarover staat niets zwart op wit.Toen Van Dop in 2005 aantrad, begon hij met een tekort van een miljoen euro.
Dat bedrag was intussen opgelopen tot 2,3 miljoen en dan hoopt iedereen maar dat Phanos woord houdt en Vandenbergh betaalt. Dat is sowieso weggegooid geld, want trainer Willem van Hanegem vindt de spits absoluut ongeschikt voor FC Utrecht en maakt tot op heden geen gebruik van hem. Toen de commissarissen ook nog via de radio vernamen dat Van Hanegem als opvolger van Foeke Booy was aangesteld, reageerden de heren overdreven gepikeerd.
Ze konden niet leven met de wetten, normen en waarden van de club, voelden zich gepasseerd en gepiepeld, en grepen in zoals dat gebruikelijk is in het bedrijfsleven als een manager naar een concurrerend bedrijf dreigt te vertrekken. Van Dop werd als een misdadiger door ingehuurde bewakers buiten de deur gezet. Zijn telefoon en computer moest hij inleveren, alsof er staatsgeheimen op het spel stonden. De heren begonnen met de beste bedoelingen aan hun opdracht, maar streefden hun doel duidelijk voorbij.
Volksheld Van Hanegem ging achter Van Dop staan. Hoofdsponsor Phanos was solidair. De spelers sloten zich aan, het overige personeel ook en de supporters kozen massaal partij. Vervolgens kregen de keurige commissarissen een golf van negatieve publiciteit over zich heen, ze werden bedreigd door primitieve supporters en de rechter stelde Jan Willem van Dop ook nog in het gelijk.
Phanos betaalt de club tot 2009 jaarlijks 2,7 miljoen euro. Het vastgoedbedrijf uit Houten wil de komende vier jaar veertig miljoen investeren in FC Utrecht. De hoofdsponsor wilde langs de A2 in de wijk Leidsche Rijn een nieuw stadion bouwen, met 200 duizend vierkante meter kantoorruimte. En omdat projectontwikkelaars geen filantropen zijn, maar gewoon geld willen verdienen, wilde Phanos op de locatie van De Galgenwaard 2.100 appartementen neerzetten. Zo'n deal zou Phanos minimaal 200 miljoen euro opleveren. De gemeente veegde het voorstel echter wel erg snel van tafel. Maar als de vierde stad van Nederland de ontwikkelingen in Groningen, Enschede, Alkmaar, Arnhem en Kerkrade wil bijhouden, zal er toch onderhandeld moeten worden met externe geldschieters. Met de huidige begroting moet iedereen genoegen nemen met een bescheiden rol in de Eredivisie, meer zit er niet in.
De arme commissarissen staan in hun hemd ongetwijfeld van een trendy merk want Van Dop kon voor de rechter aantonen dat zijn beleid maandelijks werd goedgekeurd door een financiële commissie die moet voorkomen dat FC Utrecht opnieuw diep in de rode cijfers belandt. De populaire Van Dop is als grote winnaar uit deze machtsstrijd gekomen, maar schiet daar niets mee op. Hij voert met de club een gevecht tegen de bierkaai. Elk jaar moet hij zijn beste speler verkopen om te overleven. Zijn beleid is gebaseerd op de aanwezigheid van Michel Vorm en Lucian Sanmartean.
Voor de in hun eer aangetaste commissarissen komen nieuwe toezichthouders, maar ook zij spelen geen daadwerkelijke rol. De gemeente Utrecht en Geert Ensing, bestuursvoorzitter van Phanos, kunnen voor een structurele oplossing zorgen, de gemeente moet zich realistisch opstellen. Het profvoetbal in de stad kan onmogelijk overleven zonder externe geldschieters. Ensing moet zonder dollartekens in zijn ogen aan de onderhandelingstafel verschijnen, want zijn rol als Sinterklaas is ongeloofwaardig. Intussen is de Utrechtse zakenman en politicus Broos Schnetz de grootste verliezer. Hij verloor de race om het burgemeesterschap in zijn stad en moest na drie dagen alweer plaats maken als interim-voorzitter voor Van Dop. De gerehabiliteerde voorzitter beweegt zich intussen als aangeschoten wild door de catacomben. Nu de kruitdampen zijn opgetrokken en de heren elkaar tot op het bot beledigd hebben, blijven er louter verliezers over. Tel uit je winst.
Johan Derksen