Massale uittocht dreigt: Spanje van heerser tot lachertje in Champions League

Sevilla werd vorige week het slachtoffer van de Erling Haaland-show, Barcelona liet zich te kijk zetten door Paris Saint-Germain en dinsdag maakte Atlético Madrid een machteloze indruk tegen Chelsea. De Spaanse krant AS heeft het woensdag al over 'alarmfase één', ongetwijfeld met in het achterhoofd de zware klus die een door blessures verzwakt Real Madrid wacht in het duel met Atalanta Bergamo. Datzelfde Real plaatste zich met de hakken over de sloot voor de knock-outfase.

Het inktzwarte seizoen 2004/05 wordt in herinnering gebracht, toen er geen enkele Spaanse vertegenwoordiger bij de laatste acht in de Champions League zat. In het seizoen waarin PSV zo verraste en tot de halve eindstrijd reikte, sneuvelden Barcelona en Real Madrid in de achtste finale. Voor Deportivo La Coruña en de toenmalige landskampioen Valencia was het doek al in de groepsfase gevallen.

Vrij recent leek de eindfase van de Champions League nog op een soort open Spaans kampioenschap. Tussen de seizoenen 2012/13 en 2017/18 bereikten altijd drie La Liga-teams de laatste acht, met Real Madrid (2014, 2016, 2017 en 2018) en Barcelona (2015) als eindwinnaar. In de voorbije twee jaar ging het al minder met respectievelijk één en twee vertegenwoordigers bij de kwartfinale en telkens een finale zonder Spaans aandeel.

Spaanse clubs bij de laatste acht in de Champions League:

Atlético Madrid, Barcelona en Real Madrid - de Spaanse clubs die het afgelopen decennium een stamgast waren in de eindfase van de Champions League - hebben allemaal zo hun eigen problemen. Voor alle drie geldt dat ze voorafgaand aan dit seizoen nauwelijks iets konden investeren door de economische malaise. Barcelona heeft zelfs een miljard euro schuld en zag de omzet in het seizoen 2019/20 met 126 miljoen euro teruglopen tot 715 miljoen euro.

Real Madrid-preses Florentino Pérez, de man die begin deze eeuw de ene na de andere superster contracteerde, baarde afgelopen zomer opzien door in het feestgedruis na het behalen van de landstitel tussen neus en lippen door te verkondigen dat De Koninklijke geen versterkingen zou halen door de financiële nood. 'De situatie is heel slecht.' Atlético, Real en Barcelona worden dit seizoen ook alle drie geteisterd door blessureleed, waarbij de ploeg van Diego Simeone met name de afgelopen weken is getroffen, ook met coronagevallen.

Tegen de achtergrond van de Spaanse malaise spelen ook de verhalen over een Super League. Vooral Real Madrid en Barcelona zouden zo'n extreem lucratieve competitie zien zitten, ongetwijfeld om te voorkomen dat de Premier League-elite in financiële zin afstand neemt. Voorlopig moeten beide teams alle zeilen bijzetten om mee te kunnen in het Champions League-geweld.

Afgelopen seizoen kelderde de omzet van met name Barcelona:

Omzet in miljoenen euro's.

• Meer over

• Real Madrid
• Atlético Madrid
• Barcelona
• UEFA Champions League 2020/2021
• Barcelona - Paris Saint-Germain (1-4)
• Sevilla - Borussia Dortmund (2-3)
• Atlético Madrid - Chelsea (0-1)
• Atalanta - Real Madrid (0-1)