Monaco wil revanche op Porto na verloren Mourinho-finale in 2004

Reacties

AS Monaco – FC Porto is een affiche uit de geschiedenisboeken van het voetbal. Dinsdagavond wordt de wedstrijd opnieuw gespeeld. Een flashback naar de Champions League-finale van het seizoen 2003/04.

Monaco wil revanche op Porto na verloren Mourinho-finale in 2004

Gelsenkirchen, 24 mei 2004. Een verrassende finale in het toentertijd nog miljoenenbal. Porto versloeg op weg naar de finale onder meer Manchester United en Deportivo La Coruña, AS Monaco was te sterk voor PSV in de groepsfase en Chelsea in de halve finale. 

Zie je de opstellingen van beide clubs in de finale-eindstrijd op papier, dan kom je een bolwerk aan Mediterrane oud-vedettes tegen. Bij FC Porto veel spelers die in Nederland niet geliefd zijn door wedstrijden van Oranje tegen Portugal op internationale eindtoernooien, bij Monaco een samensmelting van diverse zuidelijke nationaliteiten, ervaring en jeugdig talent van weleer.

FC Porto
Elf Portugees-sprekenden stonden namens Porto op het veld die avond. Eén zat er op de bank. Zijn naam was José Mourinho, destijds nog een prille naam die aan de voet stond van het mondiale voetbal. De oefenmeester won in 2003 al de UEFA Cup met zijn club, een jaar later stond zo goed als exact hetzelfde team in de finale van het hoogste Europese clubpodium.

Het was een elftal, een eenheid naar het hart van de Portugese manager. Met Vítor Baía op goal, Paulo Ferreira, Jorge Costa, Ricardo Carvalho en Nuno Valente in de achterhoede, Pedro Mendes, Costinha, Deco en Maniche in het middenrif en Derlei en Carlos Alberto als dodelijk spitsenduo, was het AS Monaco van Didier Deschamps vanaf minuut één kansloos.

AS Monaco
De Monegasken speelden met Patrice Evra op de backpositie, Jerome Rothen en Ludovic Giuly op de flanken en de Spaanse topspits Fernando Morientes als spits. Niet per definitie in het oog springend, maar zeker het noemen waard, was rechtsback Hugo Ibarra. De Argentijn was door Porto verhuurd aan Monaco en kwam zijn eigenlijke werkgever tegen in de Champions League finale; een unicum.

Hugo Ibarra met de bal, met Man of the Match Deco in de achtervolging.
Hugo Ibarra met de bal, met Man of the Match Deco in de achtervolging.

Unicum of niet, Monaco had weinig in te brengen tegen Porto. 'Mendes, Maniche en Deco controleerden de wedstrijd. Na de 1-0 van Carlos Alberto wist ik dat we gingen winnen', vertelde Mourinho twee jaar geleden in gesprek met de UEFA. Na de eerste treffer werd het uit Portugese counters 3-0 door een goal vlak voor tijd van Man of The Match Deco en een fraaie volley van de Russische invaller Dmitri Alenichev.

De winstpartij maakte Porto op papier de beste ploeg van Europa; iets dat Mourinho terug in 2009 beaamde. 'Dat team was het beste team dat ik ooit trainde. Het is helaas kapotgemaakt door economische redenen', stelde de manager, die zelf echter aan het 'kapotmaken' heeft meegewerkt.

Twee dagen na de gewonnen finale tekende Mourinho immers bij het Engelse Chelsea. Eigenaar Roman Abramovich wist genoeg na de Europese clubfinale en wilde zijn rijkelijke ambitie in Londen kracht bijzetten door inkomende transfers en de aanstelling van Mourinho. De coach presenteerde zichzelf op zijn eerste persconferentie bij Chelsea als 'The Special One', waarna hij twee Porto-basisspelers naar de Engelse hoofdstad haalde.

José Mourinho na het winnen van zijn eerste Champions League met FC Porto. Twee dagen later tekende hij bij Chelsea.
José Mourinho na het winnen van zijn eerste Champions League met FC Porto. Twee dagen later tekende hij bij Chelsea.

Paulo Ferreira en Ricardo Carvalho verhuisden met zijn allen naar Chelsea, waardoor Porto mede werd leeggeplukt door hun eigen oud-trainer. Bij Monaco vertrokken sterkhouders Giuly en Morientes naar respectievelijk FC Barcelona en Liverpool. Niet veel later transfereerde ook Evra naar Manchester United.

Terug naar het nu
Het verkopen van je eigen topspelers aan nog grotere clubs in Europa; het is iets van toen én nu. Ondanks dat de druk en de lading van het affiche anders is dan in 2004 - nu gaat het om een duel in de groepsfase in plaats van een finale - herbergen beide ploegen nog steeds veel talent. Talent dat de komende jaren door moet ontwikkelen en stappen moet maken. 

Onder leiding van Leonardo Jardim, saillant genoeg een talentvolle coach afkomstig uit de Portugese trainersopleiding, verraste Monaco vorig seizoen vriend en vijand door de Ligue 1 te winnen en de halve finale van de Champions League te halen. Dit deed de club met een jong team dat aanvallend, attractief voetbal speelde.

Leonardo Jardim, succescoach van AS Monaco.
Leonardo Jardim, succescoach van AS Monaco.

Monaco zag na het succesvolle afgelopen seizoen veel (jonge) sterren vertrekken zoals Kylian Mbappé naar Paris Saint-Germain, maar de formule om jeugdig mondiaal talent naar het Prinsendom te halen, is niet gestopt. Ook dit seizoen spelen de Monegasken met een nieuw team én voormalig Porto-spelers Radamel Falcao en João Moutinho vol flair en staat het in de top van de nationale competitie, achter PSG.

Over de grenzen is Porto ook helemaal terug van weggeweest. Net als Monaco in Frankrijk, is na jaren van hegemonie van Benfica, slecht aankoopbeleid, schulden en versleten trainers de club uit de Portugese badplaats terug aan top van de Portugese competitie. Onder leiding van Sergio Conceiçao staat Porto fier bovenaan, maakt het veel goals, incasseert het er weinig en speelt het bovendien attractief in een 4-4-2 formatie, net als Monaco.

Zo belooft Monaco – Porto een puik potje te worden dinsdagavond. De Portugese topploeg moét winnen om Europese overwintering in het zicht te houden na de thuisnederlaag tegen Besiktas in het eerste groepsduel, Monaco wil de winst pakken na het gelijkspel uit bij RB Leipzig. Het is tijd voor de finalisten van weleer om hun nationale vorm te vertalen naar Europa. De aftrap voor het duel met de historische gloed over zich is dinsdagavond om 20.45 uur.

Bekijk hier al onze video's
Gerelateerde artikelen
Praat mee

Om mee te kunnen praten, moet je ingelogd zijn met je VI-account.