Oranje vriendschappelijk steeds slechter in De Arena

Van de laatste negen vriendschappelijke interlands in Amsterdam werden er maar twee gewonnen. En dat was dan tegen de bescheiden ploegen van Wales (2-0) en Noord-Ierland (6-0), op dit moment respectievelijk de nummers 37 en 43 van de wereld. En dat terwijl Nederland in kwalificatiewedstrijden voor het EK en WK nog nooit een wedstrijd verloor in Amsterdam.

Het nut van vriendschappelijke interlands wordt vaak betwijfeld, maar juist de huidige bondscoach Guus Hiddink maakte er in zijn eerste ambtstermijn (1995-1998) vaak wel het beste van. De eerste drie duels verloor hij, daarna bleef Oranje onder zijn bewind ongeslagen in oefeninterlands. Van de laatste negen won hij er zelfs zeven. Zijn tweede termijn begon vooralsnog dus precies hetzelfde als de eerste, want met Italië (2-0) en Mexico (2-3) gingen de eerste twee oefenpotjes al verloren.

Opvallend is dat Nederland sinds de opening van De Arena, zomer 1996, nooit meer een vriendschappelijke interland in De Kuip verloor. Sterker nog, in de laatste 25 jaar gebeurde dat daar maar één keer. Op 24 april 1996 benutte Jürgen Klinsmann een penalty, die volstond voor een Duitse zege. Inderdaad, met Hiddink als bondscoach van Nederland. De laatste jaren speelt Oranje echter nog maar weinig in Rotterdam, waar het van de laatste twaalf vriendschappelijke interlands er acht won.

Een daarvan was op 27 maart 2002, toen Frank de Boer de enige treffer maakte tegen Spanje. In De Arena stonden beide landen nog nooit tegenover elkaar, in geen enkele competitie. De Spanjaarden hebben er overigens wel een wedstrijd gespeeld, want tijdens het EK van 2000 versloegen ze in de poulefase van het toernooi Slovenië met 2-1. De toen 19-jarige keeper Iker Casillas, de enige die nu nog steeds tot de selectie behoort, zat tijdens dat duel op de bank.

• Meer over

• Nederland
• EK-kwalificatie 2016 Frankrijk