Robben: 'Vergelijking met Messi slaat nergens op'
In de jongste uitgave van Voetbal International lees je meer over Arjen Robben. VI 25b ligt sinds zaterdag in de winkel.
Met de achtste finale tegen Slowakije van maandagmiddag kan Oranje-bondscoach Bert van Marwijk eindelijk weer beschikken over zijn beste speler. Arjen Robben liet in de afsluitende groepswedstrijd tegen Kameroen zien voleldig hersteld te zijn van zijn hamstringblessure.
Voetbal International sprak de teruggekeerde aanvaller, die in de achtste finale tegen de Slowaken de sprankeling moet brengen en die tijdens de groepsfase nog ontbrak vanwege zijn hamstringblessure. Hij geeft zijn mening over tal van onderwerpen.
Over de lokroepRobben: 'Ik ga niet van mezelf zeggen dat het Nederlands elftal mij nodig heeft. Maar iedereen in de ploeg kent mijn kwaliteiten. Ook zónder bal zoek ik op snelheid de diepte. En mét bal heb ik een individuele actie in huis. Ik ben een heel andere voetballer dan Wesley Sneijder, Rafael van der Vaart, Dirk Kuijt en Robin van Persie. We kunnen alleen maar blij zijn dat we zó veel verschillende kwaliteiten hebben. Je moet afwisseling in je aanvalsspel hebben.'
Over de druk'Wat mezelf betreft zie ik het als een compliment dat iedereen graag ziet dat ik weer ga spelen. En het geeft druk. Die moet ik gewoon niet voelen, daar weet ik mee om te gaan. Maar het is niet opeens een optelsom. Zo van: Ik ben weer fit, ga dus meteen weer voetballen en speel de sterren van de hemel. Het zou kunnen, maar het is niet vanzelfsprekend. Het is lastig, op een WK krijg je niet veel tijd om ritme op te doen.' 
Over de groepsfase'Het is er in de groepswedstrijden nog niet helemaal uitgekomen. Dat kan beter en het móét beter. Maar je mag twee dingen niet vergeten. We waren na twee duels al geplaatst voor de volgende ronde, dat is niet verkeerd. En op een WK is alles anders. De spanning, de manier waarop tegenstanders zich op je instellen... Neem dat duel met Denemarken. Als dat gewoon een wedstrijd in De Kuip was geweest, dan hadden we ze met 4-0 weggepoetst. Daar ben ik van overtuigd. Op een WK werkt dat niet zo. Je ziet in het spel van veel ploegen terug dat het hier puur om het resultaat gaat. Niet-verliezen staat voorop.'
Over zijn hamstringblessure'Die hakbal..., het was een rare beweging. Ik had het gevoel dat Gregory van der Wiel achter me langs kwam en wilde de bal mooi in de loop meegeven. Maar hij stónd er helemaal niet. En ik maakte een veel te grote stap om daarna die bal weer naar achteren te kunnen halen. Dan komt er ontzettend veel kracht op je hamstrings te staan. Ik wist meteen dat het mis was, dat die spier gescheurd was. Ik ken die pijn. Het spookte meteen door mijn hoofd dat mijn WK ernstig in gevaar was. Vrij snel daarna werd ik alweer strijdvaardig. Ik dacht: dit laat ik me niet gebeuren.'
Over de vergelijking met Messi'Die vergelijking slaat nergens op. Voor mij is hij nog altijd veruit de beste. Ik ben heel realistisch, weet precies wat ik wél en níét kan. Dat ik tot beste voetballer van de Bundesliga werd gekozen, vond ik leuk. Het is een bevestiging van hoe je bezig bent. Ik wil belangrijk zijn voor mijn teams, dat is het hoogste doel. En om dat te bereiken moet ik mezelf blijven verbeteren. Dat is de volgorde. Je hoort vaak dat spelers rond hun 27ste op hun best zijn, tegen die leeftijd zit ik dicht aan.'
