Toen Memphis nog net kwam kijken in Oranje: 'Depay is geen eendagsvlieg'
De herinneringen van Memphis Depay zullen richting de start van de WK-kwalificatiereeks tegen Turkije ongetwijfeld even naar 15 oktober 2013 gaan. Op die datum debuteerde de huidige aanvalsleider van het Nederlands elftal namelijk voor Oranje. Ook toen was Turkije in Istanbul de tegenstander.
Het waren andere tijden. Waar Memphis nu aanvoerder van Olympique Lyon is en de belangrijkste man in de voorhoede van Oranje, was de 59-voudig international destijds op negentienjarige leeftijd pas net uitgegegroeid tot basisspeler bij PSV. Zijn debuut had het grote talent weliswaar al twee seizoenen eerder gemaakt in het bekerduel met VVSB, door de aanwezigheid van Dries Mertens moest Memphis geduld hebben tot de Belg in de zomer van 2013 naar Napoli vertrok.
Het was de zomer waarin Phillip Cocu het stokje overnam van Dick Advocaat en PSV met Memphis en Zakaria Bakkali als aanstormende talenten een frisse indruk maakte. Genoeg om tegen AC Milan kwalificatie voor de Champions League af te dwingen was het niet, maar de start was desondanks veelbelovend. PSV was weliswaar wisselvallig, het won in september wel met 4-0 van landskampioen Ajax. En Memphis onderscheidde zich met vijf goals in de eerste maanden van het seizoen.
Het leverde hem in oktober zijn eerste oproep voor het Nederlands elftal op. Bondscoach Louis van Gaal haalde de jonge PSV'er verrassend bij zijn selectie voor de WK-kwalificatueduels met Hongarije en Turkije. 'Eigenlijk is het nog te vroeg voor hem. Maar ik heb nu geen andere smaken', zei Van Gaal destijds, om vervolgens - met de kennis van nu - een mooie uitspraak te doen. 'Daarbij is Depay in mijn ogen geen eendagsvlieg. Hij moet echter nog wel leren.'
En dus stond Memphis opeens tussen de grote namen. In 2013 waren Robin van Persie, Arjen Robben en Wesley Sneijder nog de mannen die de dienst uitmaakten bij Oranje. In 2012 was Nederland weliswaar roemloos uitgeschakeld op het EK, de WK-kwalificatiereeks leverde geen enkel probleem op. Op 11 oktober zag Memphis vanaf de bank hoe Hongarije in De Arena alle hoeken van het veld kreeg te zien: 8-1. Van Persie scoorde drie keer en passeerde Patrick Kluivert als alltime-topscorer.
Vier dagen later vormde ook het uitduel met Turkije geen probleem. Oranje won met 0-2 door goals van Robben en Sneijder. En dus zag Van Gaal ruimte om Memphis te laten debuteren. Vlak voor tijd mocht de negentienjarige PSV'er invallen voor Jeremain Lens en werd daarmee de twintigste debutant in de tweede termijn van Van Gaal bij het Nederlands elftal. 'Hij heeft gewerkt op het niveau van een international. Ik gunde hem dit debuut', zei de bondscoach na afloop.
Back in 2013 vs Turkey...👀
— OnsOranje (@OnsOranje) March 24, 2021
➟ @Memphis's debut! 🦁#TheNewWave #TURNED pic.twitter.com/3g1kNAtrOJ
Voor Memphis kwam met zijn debuut in Istanbul een droom uit. 'Een prachtig debuut. Ik ben bondscoach Louis van Gaal dankbaar voor de invalbeurt. Te mogen spelen in het grote Oranje is een droom die uitkomt en ik hoop dat er nog vele interlands gaan volgen.' Die hoop ging in vervulling. Van Gaal hield Memphis richting het WK 2014 bij zijn selectie, waarna de jonge PSV'er in Brazilië met twee goals (tegen Australië en Chili) een aandeel had in de knappe derde plek.
Zevenenhalf jaar later kan Memphis tegen Turkije zijn zestigste interland spelen en is hij de grote man in Oranje, dat nu toewerkt naar het EK van komende zomer en vanavond in Istanbul de eerste stap kan zitten richting kwalificatie voor het WK 2022. Daarbij zal het Nederlands elftal voor zijn doelpunten vertrouwen op Memphis, die met 21 goals inmiddels tot de Oranje-elite behoort. Hij is inderdaad geen eendagsvlieg gebleken, precies zoals Van Gaal al voorspelde.
Om mee te kunnen praten, moet je ingelogd zijn met je VI-account.
Login