Toen ik Mark van Bommel zondagmiddag na de rust het veld zag oversteken, op weg naar de spelersbank, wist ik het. Zo lopen mensen die weten dat het afgelopen is. Ik had met hem te doen. Geen goed teken.
Toen bijna heel Nederland begon mee te voelen met Jan Wouters, vlak voordat hij werd ontslagen door Ajax, voelde ik hetzelfde. Dat lieve mannetje in zijn iets te grote regenjas. Vlak voor de dug-out, om een aanwijzing te geven en weten dat het hele stadion zijn schouders ziet. 'Niet laten hangen, Jan.'
Zo liep Mark na de rust over het veld. Als een man die wist dat deze beelden tien jaar later nog zouden worden herhaald. Mark liep zoals mensen lopen in de filmpjes van Frank Heinen. Ik keek naar Mark en hoorde als vanzelf de stem van Frank: 'Een mijnwerkerszoon op zoek naar het licht. Mark van Bommel loopt als iemand die iets heeft verloren, maar geen zin heeft om het te zoeken. Ooit was hij achttien en een belofte, et cetera, et cetera.'
Mark liep met de armen over elkaar. Heel erg over elkaar. Alsof hij de mascotte van PSV heel dicht tegen zijn borst drukte. Ik heb het zojuist geprobeerd in mijn kamer. Met je armen over elkaar lopen is hartstikke moeilijk. Je moet iedere stap denken: Over elkaar houden jongen, niet met je handjes gaan bungelen. Dan zien ze je ziel. Je handjes verraden je. Armen over elkaar, als een veldheer vlak voor een verloren oorlog. Aan mijn lichaam zal het niet liggen. Blijven lopen Mark, nog veertig meter.'
Mark werd gefilmd tijdens het lopen. Dat lijkt me niet lekker lopen, vlak voor je ontslag. Je moet beleefd blijven, want heel Nederland kijkt mee. Als ontslagen medewerker van een middelgrote supermarkt kan je nog in machteloze woede dertig flessen ketjap van een stelling vegen, maar als trainer moet je rekening houden met de wandeling naar het schavot.