Zaterdagmiddag (13:00) kan Barcelona met een overwinning in El Clásico een grootse stap zetten richting de Spaanse titel, de voorsprong op De Koninklijke zou dan oplopen tot veertien punten. Barça heeft op subtiele wijze een transformatie ondergaan in het eerste half jaar onder leiding van Ernesto Valverde, en lijkt ondanks het vertrek van Neymar sterker dan vorig seizoen.
Hoewel Barcelona nog altijd een absolute voetbalgrootmacht is, moeten de uiterst positieve resultaten in de eerste seizoenshelft toch enige verbazing wekken. Afgelopen seizoen moesten de Catalanen met lede ogen toezien hoe aartsrivaal Real Madrid de Spaanse competitie én de Champions League won. Deze zomer vertrok sterspeler Neymar naar directe Europese concurrent Paris Saint-Germain. Tot grote frustratie van de fans verloor Barcelona een aantal slagen op de transfermarkt, en haakte de enige topaankoop die het wél binnenhaalde, peperdure Neymar-vervanger Ousmane Dembélé, al na drie wedstrijden in het blauw-rood zwaar geblesseerd af. Dit alles terwijl elke speler uit de gouden kern van Barcelona, bestaande uit Gerard Piqué (30 jaar oud), Jordi Alba (28), Sergio Busquets (29), Andrés Iniesta (33), Luis Suárez (30) en Lionel Messi (30), inmiddels op of voorbij zijn piekleeftijd is.
Waar enig verval bij de voetbalreus dit seizoen te verwachten viel, is het tegendeel waarheid gebleken. Na zestien speelrondes in La Liga is er een heuse puntenkloof op Real Madrid geslagen en Barcelona eindige met ogenschijnlijk gemak als eerste in een Champions League-poule met Juventus.
Zo heeft Barcelona dat onder leiding van nieuwe trainer Ernesto Valverde voor elkaar gekregen: