Na een aftastende eerste helft hebben Liverpool en Manchester City er na rust een spektakelstuk van gemaakt. Tactische analyse van de Engelse topper die in 2-2 is geëindigd.
Voor de beste analyses van Liverpool en Manchester City moest je vrijdag bij Jürgen Klopp en Pep Guardiola zijn. De manager die het beste in elkaar naar boven halen, beschreven elkaars ploeg tot in detail.
‘De beste manier om te verdedigen, is de bal in bezit houden’, analyseerde Klopp de tactiek van Guardiola. ‘Dat doet City behoorlijk goed. Ze hebben ongelooflijke aantallen qua balbezit. Daarnaast zetten ze direct druk bij balverlies. Dat helpt natuurlijk ook. Daarnaast hebben ze veel verschillende organisaties die ze beheersen. Vorig jaar hebben ze bijvoorbeeld veel verdedigd in 4-4-2, met Kevin De Bruyne die vooruit schuift. Dat helpt hen in specifieke situaties om druk te ontwikkelen.’
Guardiola kende op zijn beurt de geheimen van Liverpool. ‘Ze houden ervan om ruimtes aan te vallen. Soms speelt Mo Salah breed, maar Trent Alexander-Arnold en Andy Robertson vinden het leuk om die ruimtes aan de zijkant aan te vallen. Zij laten gaten ontstaan bij de tegenstander door hun bewegingen. Ze creëren ruimte in het midden en hebben intensiteit op alle posities. Dat is heel erg Jürgen.’
Guardiola gaf vervolgens toe dat hij slecht sliep vanwege de vraag of zijn plan om Liverpool te stoppen ging werken. ‘Ik voel altijd emotionele druk voor dit soort wedstrijden. Als je dat niet hebt voor toppers, dan is dit geen vak voor jou. Ik heb het altijd. Gaat het plan werken? Die stress moet je voelen.’
Op Anfield blijkt Guardiola zoals zo vaak subtiele veranderingen in petto te hebben. Kevin De Bruyne, Jack Grealish en Phil Foden krijgen allemaal een andere positie toegewezen om Liverpool pijn te doen.
