'Een minuut stilte als ik doodga? Laat maar zitten. Ik heb liever dat alle aanwezigen een minuut lang Warnock is a wanker zingen!' Neil Warnock (74) kan gerust zijn: nergens ter wereld staat een stadion groot genoeg om toegang te bieden aan alle mensen die met plezier dergelijke teksten over hem zouden zingen.
De meest gehate trainer van Engeland zei dat hij gestopt was, maar het vlees bleek zwak. Een telefoontje van Huddersfield Town was genoeg om hem tot een terugkeer te verleiden.
From one dinosaur to another 🤣
— Neil Warnock (@warnockofficial) February 14, 2023
Not extinct yet 😉🤞 pic.twitter.com/fpN6jZOuk5
Het Britse voetbalblad FourFourTwo brengt ieder jaar trouw een seizoengids uit. Ieder jaar vinden ze weer redenen om aan te nemen dat het aanstaande Premier League-seizoen het mooiste ooit wordt. In 2011 jubelen ze: King Feud is na zijn promotie met Queens Park Rangers terug op het hoogste niveau! De tabloids wrijven zich in de handen: Neil Warnock is altijd goed voor een paar mooie quotes en zou zelfs in een telefooncel ruzie kunnen maken.
Dat is al zo als zijn trainerscarrière in 1980 begint. Margaret Thatcher is net begonnen als prime minister, mobiele telefoons zijn iets uit science-fictionfilms en de duurste Britse voetballer ooit is Andy Gray, gekocht voor anderhalf miljoen pond door Wolverhampton Wanderers.
'Als ik ergens begin, spelen we op de eerste training meteen een partijtje. Als iemand verzuimt te koppen, geef ik een vrije trap tegen'
Warnock was profvoetballer, maar een glansrijke carrière was hem niet gegeven. Als manager vergaart hij landelijke bekendheid door geen spat te veranderen in een omgeving die in enorm tempo moderniseert. 'Als ik ergens begin, spelen we op de eerste training meteen een partijtje. Als iemand verzuimt te koppen, geef ik een vrije trap tegen. Als iemand verzuimt te tackelen ook. In de Premier League kom je daar nu niet meer mee weg, maar het is een prachtige manier om uit te vinden wat voor vlees je in de kuip hebt. Je merkt het meteen als je te veel huurspelers hebt, die zijn namelijk niet bereid om te sterven voor het grote doel.'