Michael de Leeuw moest dit seizoen even wennen aan zijn nieuwe rol bij Willem II. Op de valreep zorgde de 37-jarige aanvaller ervoor dat hij de schijnwerpers alsnog op zich gericht kreeg. De Leeuw vertelt uitgebreid over de promotie van de Tilburgers, zijn reserverol en zijn toekomst als voetballer.
Michael de Leeuw gaat richting de vijfhonderd wedstrijden in het betaalde voetbal, maar moest dit seizoen wel genoegen nemen met een rol als reserve. Slechts acht keer stond hij in de basis bij Willem II. Trainer Peter Maes, die het stokje al vroeg overnam van de ontslagen Reinier Robbemond, zag in de routinier geen vaste waarde. De Leeuw kreeg onder de Belgische coach een nieuwe rol, maar dat weerhield hem er niet van om op de voorlaatste speeldag alsnog de held van De Tricolores te worden. Willem II had immers slechts een punt nodig op bezoek bij FC Dordrecht. Een punt dat door een late gelijkmaker van invaller De Leeuw werd gepakt. Willem II verzekerde zich zo van promotie naar de Eredivisie en sleepte afgelopen vrijdag tegen Telstar ook de titel in de Keuken Kampioen Divisie binnen.
Hoe heb je de uren na het behalen van de promotie beleefd?
‘Het was een avond en een nacht vol feest. Eerst op het veld, waar er euforie is na de goal. Dan is de wedstrijd afgelopen en vier je feest. In de kleedkamer, op het veld, in de bus terug. Nou, bij het stadion was er natuurlijk ook een feestje met de supporters, die zich op de parkeerplaats hadden verzameld. Toen dat allemaal voorbij was, zijn we met de ploeg ook nog de stad in gegaan. Je wil zo lang mogelijk dat euforische gevoel vasthouden en vieren dat je gepromoveerd bent.’