![Italiaanse lessen: wat kunnen de KNVB en Oranje leren van La Squadra Azzurra?](https://vi.cdn.pxr.nl/.imaging/mte/vinl-website-theme/760x428/dam/articles/2021/07/12/imago1003633283h.jpg/jcr:content/imago1003633283h.jpg)
Drie jaar geleden ontbrak Italië voor het eerst in zestig jaar op een WK. Uit de chaos van toen is een on-Italiaanse ploeg ontstaan. Een elftal dat tot de verbeelding spreekt met modern, fris pressingvoetbal en met een duidelijke identiteit en stijl. Op zoek naar de achtergronden van die transformatie stuit je vanzelf op een laag die dieper ligt dan de romantiek van een volkslied goed meezingen. Vijf lessen die de KNVB en het Nederlands elftal in 2022 naar de wereldtitel kunnen leiden.
1. Stop met praten over systemen en posities
Na drie gewonnen poulewedstrijden voelde Frank de Boer de vrijheid om over systemen te praten. NOS-verslaggever Jeroen Stekelenburg begon over 5-3-2 en miljoenen kijkers zagen hoe de bondscoach aan een onbegrijpelijke, tactische verhandeling begon. De 5-3-2 was volgens hem geen 5-3-2, maar meer een 3-5-2 en daardoor veel aanvallender dan hier en daar voorgesteld. Daarna wees hij ook nog op de veranderde veldbezetting van de Macedoniërs. Die speelden helemaal niet 5-3-2, maar eerder 4-1-4-1. Halverwege dit warrige verhaal van cijfercodes, stuurde Stekelenburg het verhaal maar de andere kant op. De kijker zag een bondscoach stoeien met de posities van poppetjes en vooral een heilig geloof uitspreken in het door hem gekozen systeem. Alleen: hoe nuttig is een systeem en wat is een systeem eigenlijk?