Davy Klaassen mocht als Ajacied opnieuw de kampioensschaal de lucht in tillen. Het was alweer de vijfde keer voor de 29-jarige middenvelder, die een seizoen vol wisselende emoties kende. Eindigend met een cruciale rol op weg naar de 36ste landstitel. De zes gedaantes van de aanjager van Ajax.
Het verbeten gezicht, de gebalde vuist en het opjutten van zijn medespelers. In de weken van de climax zorgde Davy Klaassen voor die wekelijks terugkerende beelden. Mister 1-0 tekende zeker niet elke keer voor de openingstreffer, maar zijn productie was wel van doorslaggevend belang voor Ajax om op titelkoers te blijven. Zoals de gelijkmaker in Groningen, waarna de Amsterdammers een moeizaam duel wisten om te buigen. Of de goal tegen Sparta Rotterdam, eveneens de 1-1. Het bleek de opmaat voor meer, waarbij het scorend vermogen van de middenvelder van Ajax van grote waarde bleek voor het eindresultaat.
In de allesbeslissende weken rechtte zowel Ajax als Klaassen de rug en behaalde ze beide de eindstreep met opgeheven hoofd. ‘Een vreemd seizoen, dat was het’, zegt de middenvelder in de kantine van trainingscomplex De Toekomst. Vaker dan hij aan het begin van het seizoen voor mogelijk hield vond Klaassen zichzelf terug op de reservebank. Geduld was dikwijls een schone zaak voor de Hilversummer. Om tijdens de ontknoping van het seizoen alsnog een belangrijke rol voor zich op te eisen en vol genoegen het kampioenschap te verzilveren.