De geboren Rotterdamse Marianne van Leeuwen (60) volgde op 1 september Eric Gudde op als directeur betaald voetbal. Zij werd daarmee de eerste vrouw in deze functie bij de KNVB sinds de oprichting in 1889. VI toog naar Zeist voor haar eerste interview.
Op de dag dat u werd gekozen als grote baas van het Nederlandse voetbal was er meteen vuurwerk. Een uur voordat u werd aangesteld, lanceerden de clubs de NL League. U werd meteen ‘chef lege dozen’ genoemd.
‘Grote baas? Ik ben niet alleen, hoor. Ik ben verantwoordelijk voor het betaalde voetbal en het Nederlands elftal, dat is waar. En die lege dozen heb ik trouwens nog niet ontdekt, ik heb genoeg te doen. Toen ik ergens op een specifieke detailvraag even geen antwoord had, werd ik ook meteen het trutje dat nergens vanaf wist. Dat weet je van tevoren, daar gaan ze mee aan de haal. Het is cabaret, de mannen die dat doen moeten hun geld óók verdienen. Ik keek vroeger ook weleens naar die programma’s en soms is het ook echt grappig. Daar heb ik nu geen tijd meer voor.’
De coup van de clubs was minder grappig.
‘Jullie noemden het een coup. Ik vind dat een groot woord. Ik was gevraagd te solliciteren bij de KNVB, had gesprekken gehad en op de dag dat die voordracht werd goedgekeurd, besloten Eredivisie CV en Coöperatie Eerste Divisie samen een league te lanceren. Ik denk dat het geen slecht plan is. We streven hetzelfde na.’