Het is bijna niet meer voor te stellen dat een voetballer met dertien jaar Eredivisie-ervaring na zijn carrière als vuilnisman aan de slag gaat. Herman Verrips speelde namens FC Utrecht in Bernabéu en stond tegenover spitsen als Marco van Basten, Romário en Dennis Bergkamp. Toch klom hij na zijn loopbaan achter op de vuilniswagen.
Verrips heeft zich inmiddels aardig omhooggewerkt bij de gemeente Utrecht. Als leidinggevende heeft hij nu 45 vuilnismannen onder zich. Op een dinsdagochtend poseert hij op een gemeenteterrein trots voor een vuilniswagen. Hij leunt ertegenaan en steekt zijn duim in de lucht. Een andere vuilnisman loopt langs: ‘Zo Herman, hoezo word je op de foto gezet?’ Verrips legt uit dat Voetbal International een dagje meeloopt in zijn leven. ‘Ik heb ook jarenlang gevoetbald, hoor’, zegt de andere vuilnisman. Verrips begint te lachen: ‘Alleen ik net wat hoger.’
Eerder die ochtend rijden de vuilniswagens van en op het terrein van de gemeente Utrecht. Verrips komt net een vergadering uit en stapt zijn kantoortje binnen. Aan de kapstok hangen fluorescerende jassen. Op whiteboards is het rooster van zijn personeel gekalkt. In de hoek van zijn kamer hangen herinneringen aan zijn vijftien jaar als profvoetballer. Verrips speelde in de jaren tachtig en negentig meer dan driehonderd wedstrijden in het betaalde voetbal. Dertien jaar voor zijn cluppie FC Utrecht, waarmee hij in 1985 de beker won, en nog twee jaar voor FC Zwolle.
San Marco
Op een van de foto’s duelleert Verrips met Van Basten. ‘Dat was best een moeilijke tegenstander’, zegt hij over de drievoudig Gouden Bal-winnaar. Er verschijnt een tevreden grijns op zijn gezicht: ‘Hij heeft nooit tegen me weten te scoren.’ Op een ander portret is een jonge Verrips te zien met een borstelsnor en een blonde bos met haar. Regelmatig, als nieuwe vuilnismannen het kantoortje binnenstappen, kunnen ze niet geloven dat hun leidinggevende vroeger duels uitvocht met San Marco.
'Ik ben er geen miljonair van geworden, maar heb dankzij het voetbal wel altijd een goed leven gehad'
Verrips speelde in Jong Oranje ook met Van Basten samen, net als met latere wereldsterren als Ruud Gullit, Frank Rijkaard en Ronald Koeman. Allemaal voetballers die zich in het buitenland financieel onafhankelijk hebben gespeeld. ‘Zij hebben natuurlijk veel meer geld verdiend. Terecht ook, want ze waren ook vijf klassen beter dan ik.’
‘Ik ben er geen miljonair van geworden’, vervolgt hij. ‘Maar ik heb dankzij het voetbal wel altijd een goed leven gehad. Ik heb mijn vrouw en kinderen alles kunnen geven. Daar draait het uiteindelijk toch om?’
Terwijl hij naar de foto’s kijkt, schiet hem te binnen dat hij ooit wel de kans had om een financiële klapper te maken. Hij weet nog goed dat Nottingham Forest-manager Brian Clough ooit bij FC Utrecht kwam kijken naar doelman Hans van Breukelen. Verrips speelde nog op amateurbasis in de Domstad, maar bezorgde PSV’er René van der Gijp een lastige middag. Na de wedstrijd liep Verrips met zijn vader, schoonmoeder en vriendin richting zijn auto op de parkeerplaats. Zaakwaarnemer Ger Lagendijk en Clough stapten samen op hem af. De Engelse coach drukte Verrips op het hart dat hij een geweldige pot had gespeeld.
De woensdag erop ging plotseling de telefoon. Lagendijk aan de lijn: ‘We vliegen vrijdag naar Engeland. Er ligt een driejarig contract voor je klaar. Je hoeft alleen nog maar te zeggen of je twee of drie ton wil verdienen.’ Tot de verbazing van de zaakwaarnemer was de reactie van de verdediger een stuk minder enthousiast: ‘Ik ga helemaal nergens heen.’