Voor Johan Cruijff was het simpel. In een organogram bij een voetbalclub moeten de voetballers altijd bovenaan staan. Alles valt of staat met de prestaties op het veld. Winst of verlies tussen de lijnen werkt door op alle andere geledingen binnen de organisatie.
Opvallend genoeg gelden uitgerekend in Amsterdam tegenwoordig andere wetten.