Zondagavond keek ik naar Studio Voetbal. Halverwege de uitzending gebeurde er iets bijzonders. Ik sprong op en riep heel hard: JA! Dat was vreemd. Meestal schreeuw ik: NEE, als ik bijvoorbeeld een nieuwe broek met doorgescheurde knietjes om mijn benen sta te wurmen in een pashok dat ik niet begrijp en de verkoopster door de gordijnen vraagt of het een beetje gaat. Bij mij gaat altijd alles een beetje.
Maar nu stond ik opeens midden in mijn kamer en riep ik heel hard: JA! Ik riep het nóg eens. Tanja kwam naar beneden. Die had mij al negen jaar geen ja horen zeggen. Ze vroeg mij wat er aan de hand was. JA, zei ik nog eens. Ze wees naar het televisiescherm, waar Pierre van Hooijdonk nog midden in een verhaal zat. ‘Zoals hij zijn haar heeft, zo moet jij het ook gaan dragen’ zei ze. ‘Recht omhoog met krulletjes.’ Ik voelde aan de plak dunne pluizige meeuwenkak die ik boven op mijn hoofd had. Het was nauwelijks nog haar te noemen. Een wit uitgebeten pluk beschimmelde zware shag, meer was het niet. Maar daar ging het nu even niet om.