De zomer dat Phillip Cocu zijn wens niet bij Ajax maar bij PSV ziet uitkomen
© Voetbal International
PRO

De zomer dat Phillip Cocu zijn wens niet bij Ajax maar bij PSV ziet uitkomen

Phillip Cocu zou als speler vier keer kampioen van Nederland worden, ook één keer van Spanje, de Europese Super Cup winnen, meer dan honderd interlands spelen en de halve finale halen op één WK en twee EK’s. Op deze plek, vanwege zijn vijftigste verjaardag deze donderdag, een interview met de huidige manager van Derby County toen hij nog niets had gewonnen. Het was de zomer van 1995 en hij kon niet wachten écht aan zijn carrière te beginnen.

Cocu had er twee seizoenen AZ en vijf seizoenen Vitesse opzitten, toen Ted van Leeuwen namens VI bij hem aanschoof. De aanleiding was zijn transfer naar PSV, waardoor de tot middenvelder omgeturnde linksbuiten eindelijk bij een topclub terecht was gekomen. Zodat hij kon gaan doen waarvoor hij 24 jaar eerder uitgerekend in Eindhoven in de wieg was gelegd: prijzen pakken. Daar was hij althans heilig van overtuigd. ‘Ik wil gewoon winnen. Alles winnen.’

'Ik begrijp niet dat Ajax geen contact met mij gezocht heeft. Eén telefoontje en alles had heel anders kunnen verlopen'

In een periode dat De Godenzonen uit Amsterdam alles wonnen wat er te winnen viel, kreeg PSV-trainer Dick Advocaat met Cocu een extra wapen in handen om terug te vechten. In het seizoen 1995/96 zouden de Brabanders nog zes punten tekortkomen, maar de jaargang erop werd de machtsovername ook dankzij de niet bepaald bescheiden inbreng van Luc Nilis, Jaap Stam en Wim Jonk alsnog voltooid. Precies waarnaar Cocu in de zomer van 1995 zo verlangde.


Na twee jaar AZ heb je vijf jaar voor Vitesse gespeeld. Een jaar te lang?

‘Welnee. Het was precies goed. Dit is een uitstekend moment voor een vertrek, al heb je dat niet helemaal zelf in de hand. Ik heb het gevoel dat ik er klaar voor ben, dat ik voldoende onderdelen beheers om me in de top te manifesteren. En dan reken ik erop dat ik me bij PSV verder zal ontwikkelen.’

Een piepjonge Phillip Cocu in het shirt van Vitesse.
© Voetbal International
Een piepjonge Phillip Cocu in het shirt van Vitesse.

Dick Advocaat vindt dat je een jaar in je ontwikkeling stil bent blijven staan.

‘Mwoah... Ik ben het afgelopen jaar inderdaad niet met sprongen vooruitgegaan, dat ben ik wel met hem eens. Het was logischer geweest als ik vorig seizoen verkocht was. Toen heb ik mijn beste jaar gehad. Dat had ik te danken aan de trainer. Herbert Neumann gaf me de rol van John van den Brom, hij haalde werkelijk alle druk van mijn schouders, liet me in mijn waarde, buitte mijn sterke punten uit en maakte me sterk. Het afgelopen seizoen was een stuk minder. Toen ging ook Neumann meer van me eisen, ik moest het elftal gaan dragen. Mijn functie bleef hetzelfde, de invulling werd anders. Er veranderden kleine dingen. Wat ik het jaar daarvoor nog wel mocht, een enkele keer falen, mocht nu opeens niet meer. De bescherming van Neumann viel weg, ik moest het zelf doen. Terecht, want als voetballer moet je volwassen worden. Maar ik had er moeite mee. Dat kwam ook omdat het bij Vitesse aanvankelijk niet liep vanwege wat moeilijkheden in de groep. Het bestuur had onnodige heisa gemaakt rond de vermeende inzet tijdens een trip naar Oezbekistan. En Vitesse is een club die altijd geleefd heeft van de sfeer. Hoe dan ook, pas rond de winterstop kreeg ik de zaken op een rij, kon ik uitvoeren wat gewenst was. Toen ook wist ik dat ik het inderdaad aankon.’

'Toen John van den Brom naar Ajax ging, maakte Herbert Neumann me van linksbuiten centrale middenvelder. Veel mensen hadden hun twijfels of ik dat wel aankon'

Je hebt noodgedwongen op diverse posities moeten spelen: linksbuiten, spits, linkshalf, achter de spitsen, libero. Is dat een nadeel geweest?

‘Het is niet slecht voor de ontwikkeling van een speler om op andere posities te spelen, maar ik had het al geleerd. Ik heb ook bewezen overal uit de voeten te kunnen. Het afgelopen jaar had ik me graag willen ontwikkelen als centrale middenvelder. Maar Gillhaus werd verkocht, anderen raakten geblesseerd, ik werd door de ploeg geslingerd. Als leerjaar schoot het niet op.’

Op welke positie kom je in jouw ogen het best tot je recht?

‘Merkwaardig genoeg heb ik als vrije verdediger mijn beste wedstrijden gespeeld. Naar mijn idee kan ik het beste linkermiddenvelder of als centrale middenvelder achter de spitsen spelen. Het probleem waarmee Vitesse het afgelopen jaar kampte, was dat te weinig spelers de bal wilden hebben. Ik wil altijd de bal hebben. Of ik in vorm ben of niet. En of het vier of vijf keer misgaat, dat interesseert me niet. Als een type speler als ik stopt om de bal te vragen, kan hij beter met voetballen stoppen.’

Dat kenmerkt jou als speler. Als de ploeg in nood is, wil jij altijd de bal hebben.

‘De jongens achterin willen de bal kwijt. Als het niet loopt, dan zijn er bij Vitesse maar één of twee spelers te vinden die de bal ook willen hebben. Onbegrijpelijk hoeveel spelers er voor verantwoordelijkheden weglopen. Verantwoordelijkheid hoort bij je vak en bij het salaris. In vorm of niet, ik vind dat ik me nooit mag verstoppen. En als het niet gaat, kun je altijd nog hard werken.’


Vitesse-Parma op 13 september 1994. De Arnhemmers winnen verrassend met 1-0 door een treffer van Hans Gillhaus.


Waarom PSV?

‘Omdat ik graag bij een topclub wilde spelen en PSV er één is. En verder wilde niemand me hebben. Er is een vage indicatie van Feyenoord geweest, maar nooit geconcretiseerd. Ik heb horen zeggen dat ze mijn transferbedrag (drieënhalf miljoen gulden, red.) niet konden betalen. Ik had ook wel in het buitenland willen spelen, maar een Nederlandse topclub had de voorkeur. Je blijft wat meer in beeld, ik ben pas 24, de sportieve kant staat bij mij nog hoger dan de financiële. Dus toen PSV kwam, hoefde ik niet lang na te denken. En daar wil ik de komende drie jaar zien wat ik eruit kan halen.’

Vorig jaar had Ajax belangstelling. Waar is die transfer op afgeketst?

‘Op het transferbedrag, naar ik hoorde. Ik weet het ook niet precies, want het is buiten mij om gegaan. Wat ik ervan weet is dat Vitesse vijf miljoen vroeg, dat Ajax de helft bood en dat lag te ver uit elkaar.’

'Arsenal zei dat ze me in het nieuwe seizoen nog een tijdje zouden volgen. Dat hebben ze ook gedaan, maar ik begon het jaar niet best. Helder viel ze op. Hebben ze Glenn gekocht'

Bij Ajax vonden ze het maar raar dat jij opeens je contract in Arnhem verlengde.

‘Dat heb ik ook weleens gehoord en het verbaast me. Van John van den Brom had ik begrepen dat Ajax geïnteresseerd was en dat de trainer met mij wilde praten. Het was in de periode dat ik bezig was mijn contract bij Vitesse te verlengen. Dat was algemeen bekend en ik ben er nooit op uit geweest een spelletje te spelen, want ik had graag voor Ajax gespeeld. Zelf hoorde ik behalve geruchten nooit iets en dus verlengde ik mijn contract bij Vitesse. Ik begrijp dus niet dat Ajax geen contact met mij gezocht heeft. Eén telefoontje en alles had heel anders kunnen verlopen.’

En Arsenal? Die club wilde je toch ook?

‘Dat speelde kort voor het WK in Amerika vorig jaar. Er was bij Vitesse onderhandeld. Voorzitter Aalbers vertelde mij dat Arsenal als voorwaarde gesteld had dat ik in de WK-selectie voor Amerika moest worden opgenomen. Alleen dan zou ik gekocht worden. Tien miljoen of zo, was het. Advocaat selecteerde me niet. Toen zei Arsenal dat ze me in het nieuwe seizoen nog een tijdje zouden volgen. Dat hebben ze ook gedaan, maar ik begon het jaar niet best. Helder viel ze op. Hebben ze Glenn gekocht. Zo kan het lopen.’

Iedereen praatte of schreef je de WK-selectie in, maar de bondscoach liet je buiten de ploeg. En ook de bondscoach na hem selecteerde je niet.

‘Ik weet niet wat het is. Misschien dat het in de toekomst gaat veranderen, nu ik bij een topclub zit. Voor mijn gevoel zijn er twee periodes geweest waarin ik er dichtbij zat. Toen hadden we met Vitesse net een dramatische serie. Net toen er werd geëxperimenteerd met spelers, raakten wij geen knikker. Zo zie je maar hoe belangrijk toeval kan zijn. Andersom heb ik het ook meegemaakt. Ik maakte bij AZ een slechte periode door. In die fase was Vitesse geïnteresseerd en die kwamen een paar keer kijken. Toevallig waren dat de enige wedstrijden die ik behoorlijk speelde. In de voetballerij is zo veel afhankelijk van de factor geluk.’

Namens Vitesse versus Rob Witschge en Peter Bosz van Feyenoord.
© Voetbal International
Namens Vitesse versus Rob Witschge en Peter Bosz van Feyenoord.

Heb je het nu uitgesproken met Advocaat?

‘Niet uitgesproken, want er viel niets uit te spreken. We hebben erover gesproken, want als een coach het vertrouwen aan anderen geeft, vind ik dat zijn goed recht. Niemand heeft mij ooit horen zeggen dat ik in Oranje moest. Het is de keuze van de coach. Ik ben heel pragmatisch in die dingen. Oranje? Dolgraag, ik doe mijn uiterste best, maar als de bondscoach me niet wil, wat zal ik me dan druk lopen maken? Wat kan ik meer doen dan mijn best?’

Het laatste jaar wilde je weg bij Vitesse, het was genoeg.

‘Ik heb dat toch niet in mijn spel laten merken??? Maar het is waar, het gevoel was er. Waarom, waardoor, ik zou het niet kunnen zeggen. Opeens was het er: ik wil verder. En dat jongens als Van den Brom, Van Arum, Gillhaus, Straal, Helder en de trainer weg waren of weggingen, dat had er eigenlijk niet eens zo veel mee te maken. Want als een clubje kan overtuigen dat er volgend jaar weer een uitstekend elftal staat, dan kun je met plezier blijven. Dat had ik vorig jaar ook. Maar ik voelde dat het nu tijd werd om me verder te ontwikkelen. Ik had twee jaar als centrale middenvelder gespeeld, ik wilde hogerop, een andere cultuur opsnuiven. Het is gewoon de ontwikkeling, verder, hoger. Je moet je plafond verkennen. Voor sommigen is dat het niveau-Vitesse, daarmee is niets mis, want het is een kunst te weten waar je kwaliteiten liggen. Ik denk dat er voor mij meer is weggelegd.’

'Als speler heb ik veel agressie, als mij vermeend onrecht wordt aangedaan, dan heb ik moeite me in te houden. Scheidsrechters hebben het dan zwaar te verduren'

PSV, is dat hogerop of De Top?

‘PSV is een absolute topclub. Ze hebben na een lange periode van succes even een paar mindere jaren, de bekende golfbeweging. Hun probleem het afgelopen jaar was, dat er geen hechte ploeg stond. Maar met de aankopen (Jonk, Van der Weerden, Cocu zelf, red.) plus de topspelers die er al waren, heb ik er alle vertrouwen in dat het weer omhoog gaat met PSV. Misschien komend seizoen al. Al blijft het afwachten. Valt het inderdaad zoals iedereen denkt en hoopt dat het zal vallen? Passen spelers bij elkaar, dat soort dingen. Maar als het slaagt, dan kan PSV de concurrentie met Ajax aan.’

Je hebt met Dick Advocaat een soort sollicitatiegesprek gehad.

‘Het was een goed gesprek, vooral over tactisch/technische dingen. Ik had niet het idee dat het van dat gesprek zou afhangen of ik zou worden aangenomen. Ze hadden namelijk al heel veel informatie over me ingewonnen. Advocaat en ik hebben wat persoonlijke dingen besproken. Ik vond het een heel prettig gesprek, waarin mij veel duidelijk is geworden. Ik ben in principe aangetrokken voor het middenveld, links aan de binnenkant. Er is een duidelijke lijn, 4-4-2. In mij zit de drang naar de goal heel sterk, maar ik zal minder mogen aanvallen dan bij Vitesse, dat heeft de trainer me duidelijk gemaakt. Maar hoe PSV gaat spelen, staat nog niet helemaal vast. Wel het systeem, maar nog niet helemaal de spelers en die zijn bepalend voor de uiteindelijke invulling.’

Als jij speelt, lijkt het wel of je met een soort ingehouden woede voetbalt.

‘Ha, daar heb ik nog nooit over nagedacht. Maar als ik mezelf bezig zie, dan ben ik in het veld wel heel anders dan erbuiten. Veel agressie, als mij vermeend onrecht wordt aangedaan, dan heb ik moeite me in te houden. Scheidsrechters hebben het dan zwaar te verduren. En het is al een stuk beter geworden. Herbert Neumann heeft er alles aan gedaan om me rustiger te krijgen. Veel met me gepraat, hij heeft ervoor gezorgd dat er ook eens andere jongens naar de scheidsrechter gingen. Ik moet gewoon winnen en als mensen dat naar mijn idee saboteren, dan...’


Ajax-PSV in het Olympisch Stadion, op 5 november 1995. Dankzij goals van Ronaldo en Nwankwo Kanu eindigt de topper tussen de nummer twee en één van de ranglijst in 1-1.


Die agressie richt zich nooit op tegenstanders?

‘Zelden. Ik heb dit jaar één keer een smerige overtreding gemaakt en er geel voor gehad. Tegen wie? Dat zou ik echt niet meer weten. Maar als ik zoiets doe, zie je dat van kilometers aankomen.’

Je reageert je ook af op medespelers?

‘Nee, als ik die de huid vol scheld, heeft dat een andere reden. Hoewel we buiten het veld echt een gezellige club waren, hadden we er bij Vitesse een stel lopen die er met de gedachten niet altijd bij waren. Dan moest ik ze wakker schudden, dat verwachtte de trainer ook van me. Daarin ben ik wel veranderd, want vroeger was ik het zelf die wegdroomde. Vooral in de tijd dat ik linksbuiten was. Man, soms kreeg ik in twintig minuten maar twee ballen en dan sukkel je weg. Zeker in mijn eerste jaar. Frans Thijssen en Van den Brom waren niet gewend met een linksbuiten te spelen en ze speelden alles door het midden of over rechts. Dan raakte ik soms zomaar even een kwartier kwijt. Maar nu ben ik zover dat ik er wat van zeg als ik het bij anderen zie.’

'Bij AZ speelde ik puur instinctief, ik dartelde maar wat rond, zonder te weten wat ik deed'

Opvallend is dat jij altijd goed speelt in topwedstrijden.

‘Ik weet niet wat dat is. Ik ben voor een wedstrijd tegen Ajax niet meer of minder gespannen dan tegen Dordrecht’90. Stress vind ik niet negatief. Ik wil gewoon winnen. Alles winnen.’

Over winnen gesproken. Gezien de aankopen van de laatste tijd lijkt de afstand tussen Ajax, Feyenoord, PSV en de rest alleen maar groter geworden.

‘Dat dachten we vorig jaar ook. En toen was er opeens Roda, maar ook FC Twente heeft lang meegedaan. Ik heb zelf het gevoel dat de kloof tussen top en subtop de laatste jaren kleiner is geworden. En van die aankopen moet je maar afwachten hoe ze uitpakken. Maar dat het een zeer interessante competitie wordt, is zeker. Volgens mij is PSV dichter bij Ajax gekomen, heeft Feyenoord zich danig versterkt, maar van Roda, FC Twente en Vitesse verwacht ik ook wel wat.’

In weerwil van wat voorzitter Karel Aalbers voor ogen stond, loopt Vitesse nu toch leeg: Gillhaus, Helder, Van der Weerden, jij; de toppers zijn weg.

‘Inderdaad. Maar er is nog genoeg over. Makaay is er nog, Korsten kan een goeie worden, Van de Looi en nog wat jonge jongens. Ze hebben ervaring gekocht met Edwin Gorter, en als Atteveld ook nog wordt aangetrokken, zou dat helemaal een goede zet zijn. Maar ik vraag me wel af of Edwin Gorter in het systeem van Vitesse past. Voor zover ik hem ken als speler, speelt hij niet diep op de helft van de tegenpartij, maar haalt hij de ballen bij het eigen strafschopgebied op. Wij, eh... ik bedoel Vitesse, zijn gewend één-tegen-één te spelen. Het wordt dus afwachten of ze dat oppikken.’

Meteen geliefd onder de aanhang van PSV.
© Voetbal International
Meteen geliefd onder de aanhang van PSV.

Waar heb je voetballen geleerd?

‘Op straat, op de pleintjes tussen garagedeuren, op grasperken; overal waar ik maar kon voetballen, heb ik als kind gespeeld. Ik ben opgegroeid in Zevenaar. Mijn vader was trainer, ik ging altijd met hem mee. Toevallig ben ik in Eindhoven geboren. Een groot deel van mijn familie woont er. Maar van een speciale binding is geen sprake, want ik was vier toen we er wegtrokken omdat mijn vader werd overgeplaatst. Later werd hij overgeplaatst naar Haarlem en zijn we in Alkmaar gaan wonen. Maar nadat ik door was Vitesse gekocht en het ouderlijk huis verliet, zijn mijn vader en moeder weer teruggegaan naar Eindhoven. Ikzelf voel me het beste thuis in Arnhem.’

Van welke trainers behalve je vader heb je iets opgestoken?

‘Het meest van Bert Jacobs en Herbert Neumann. Zij hebben mij gevormd als speler. Bij AZ speelde ik puur instinctief, ik dartelde maar wat rond, zonder te weten wat ik deed. Overigens heeft daar Hugo Hovenkamp een grote invloed op mij gehad, maar hij was officieel elftalleider, geen trainer. Hovenkamp heeft me wegwijs gemaakt, me geleerd hoe ik me in de voetballerij moest gedragen, met allerlei zaken moest omgaan. Dat het niet allemaal toeval is waar de bal uiteindelijk terechtkomt.’

'Ik heb het idee dat ik genoeg geleerd heb om naar PSV te kunnen gaan. Hoewel, in verdedigend opzicht had ik graag nog wat meer bagage'

Wat heb je op een training geleerd waaraan je in de praktijk werkelijk iets hebt gehad?

‘Bij Bert Jacobs trainden we heel veel, soms weleens te veel, op automatismen. Ik heb met Arjan Vermeulen en René Eijer zoveel voorzetten lopen oefenen dat je er misselijk van werd. Maar het werkte fantastisch, nou ja, zijn vakmanschap is natuurlijk wel bewezen. Bij Neumann is het hele concept wat duidelijker geworden, is er meer aan details gewerkt. En de overschakeling van verdediging naar aanval, het kiezen van de momenten en het zoeken van ruimte, dat soort dingen.’

Maar op technisch vlak heb je in zeven jaar profvoetbal dus niks geleerd.

‘Dat is juist, tenminste, niets bijgeleerd. Tactisch heb ik veel geleerd, de snelheid van handelen is hoger geworden, mijn voorzet is beter geworden, mijn schot. Maar niemand heeft me een passeerbeweging geleerd, een schaar of een tackle. Herbert Neumann is de enige geweest die aan de traptechniek gewerkt heeft. Die had oefeningen waar wij nog nooit van gehoord hadden. Maar een trainer ontbreekt het aan de tijd om die dingen te doen. Hij moet de hele groep in de gaten houden. Misschien dat het bij Vitesse nu verandert, omdat ze straks met drie of vier trainers op het veld gaan staan. Maar als je iedere dag traint, dan leer je vanzelf wel voldoende. Tenminste, ik heb het idee dat ik genoeg geleerd heb om naar PSV te kunnen gaan. Hoewel, in verdedigend opzicht had ik graag nog wat meer bagage. De bloktackle bijvoorbeeld beheers ik niet, ik los het anders op.’


Phillip Cocu is in de periodes 1995-98 en 2004-07 van grote waarde voor PSV. In 249 officiële wedstrijden is hij goed voor 73 goals.


De Duitse trainer Erich Ribbeck beklaagde zich er laatst over dat fullprofs eindeloos kunnen oefenen op een slag bij het golfspel, maar in het voetbal nog geen vrije trap kunnen nemen.

‘Ik oefen wel veel zelf op vrije trappen, al was dat het laatste jaar wat minder. Vorige jaren deden we het wel heel veel. Bal op de zestien, Van der Gouw in de goal. Met Roelofsen en Straal stonden we om twee uur al te knallen en na de training moesten we af en toe naar binnen gehaald worden. Of strepen, deden we ook graag. Bal op veertig meter leggen en… Boem! Ik denk niet dat je er een harder schot van krijgt, maar wel een beter gevoel. Dat schot heb ik altijd gehad, niemand heeft me dat geleerd. Het is geen kracht, het is techniek. Twee jaar lang heb ik met Richard Roelofsen elke dag voor de training van grote afstand op de goal lopen rammen. En die Roelofsen heeft ook maar zulke beentjes. Maar een schot... Jammer dat ik er dit jaar zo weinig aan gedaan heb eigenlijk. Ach... Het heeft te maken met de sfeer, maar vooral met de jongens met wie je omgaat. Vroeger waren de liefhebbers vroeg op het stadion, ik ook. Het afgelopen jaar kwam iedereen laat. Misschien ook omdat we al vroeg niks meer konden winnen.’

'Als PSV’er moet ik elke wedstrijd winnen, dat ben je aan die stand verplicht. Ik ben iemand die wel gedijt in een klimaat van spanning'

Welke momenten zijn beslissend geweest in je carrière?

‘Het doelpunt in de Europa Cup tegen KV Mechelen en het vertrek van John van den Brom. Door die goal kwamen we een ronde verder. Opeens kreeg ik heel veel aandacht in de media, terwijl ik toch al een tijdje speelde. Maar door dat doelpunt hadden ze me opeens ontdekt. Zo werkt het mechanisme kennelijk. Toen John van den Brom naar Ajax ging, maakte Neumann me van linksbuiten centrale middenvelder. Veel mensen hadden daarbij hun twijfels of ik dat wel aankon, maar de trainer had me al eerder gezegd dat in de toekomst mijn plaats daar was. Ik was dus al voorbereid en nadat John naar Ajax was gegaan, heeft hij me er onmiddellijk neergezet.’

Welk doel heb je bij PSV?

‘Landskampioen worden! Per se. En als het komend jaar niet lukt, dan het jaar daarop. Ik neem de stap om prijzen te winnen. Bij Vitesse speel je om Europees voetbal. Haal je het, dan ben je voldaan, tevreden dus met die vierde of vijfde plaats. En terecht hoor, want Vitesse heeft het maximale uit de groep gehaald. Zelfs het afgelopen jaar, ofschoon we buiten de prijzen vielen, is het maximale eruit gehaald. Er is een nieuwe ploeg gebouwd, er is aantrekkelijker gespeeld. En Vitesse zal straks ook weer meedoen. Voor mezelf wilde ik méér. Nu ga ik naar een club die in potentie kampioen kan worden. Daarvoor wil ik graag gaan. Er worden andere dingen van je verwacht, je wordt weer uitgedaagd, wie weet wat er allemaal nog bovengehaald wordt bij mij. En meedingen om een titel, bij de top horen, is toch een lekker gevoel.’

Een arrogant gevoel?

‘Arrogant heeft een negatieve klank. Maar de meeste clubs gaan met ontzag naar de uitwedstrijden tegen Ajax en PSV. En nu maak ik zelf deel uit van dat ontzag. Bovendien hou ik wel van druk. Als PSV’er moet ik elke wedstrijd winnen, dat ben je aan die stand verplicht. Ik ben iemand die wel gedijt in een klimaat van spanning.’

Spelersprofiel

P. Cocu


Geboortedatum:
29 oktober 1970
Leeftijd:
54
Geboorteplaats:
Eindhoven
Nationaliteit
Nederland
Lengte:
1,82 m
Gewicht:
74 kg
Gerelateerde artikelen