Het bekerdrama tegen Spakenburg dreunt nog altijd na in Utrecht. Uit het niets belandde het in een soort minicrisis. Intussen verdringen buitenlandse scouts zich op de hoofdtribune van Stadion Galgenwaard en lopen er liefst twaalf contracten af. Een hete lente wacht.
Blauwe nachtmerrie
Eerst nog maar eens terug naar 28 februari. De avond van De Blauwen. Een Utrechts bekerfeest tegen de amateurs van Spakenburg eindigde in een deceptie. Niemand die op voorhand rekening had gehouden met een nederlaag. Dat had met de tegenstander alsook de eigen vorm te maken. Sinds de aanstelling van trainer Michael Silberbauer was de Utrechter weer trots op zijn cluppie. Er zat meer strijd, samenhang en spelvreugde in het elftal. Talentvolle spelers als Taylor Booth en Can Bozdogan speelden in hun kracht, resultaten werden beter. Nu lonkte de halve finale van het bekertoernooi. Met uitzondering van AZ-uit kende Utrecht een pretloting. Sportlust ’46, Blauw Geel ’38 en nu Spakenburg. Het gevoel in de stad: De KNVB kon De Dennenappel net zo goed direct bij Stadion Galgenwaard afleveren.