‘Trainer?’ Nee joh, Johan Cruijff moet er niet aan denken als hij speler is van Barcelona. ‘Omdat ik er niets voor voel te worden beoordeeld door mensen die er geen verstand van hebben.’ Decennia later kunnen zelfs zijn grootste tegenstanders niet ontkennen dat hij als trainer/technisch directeur in de periode 1988-96 de club, die deze vrijdag haar 125ste verjaardag viert, een unieke identiteit heeft gegeven. En de eeuwige jeugd.
Zonder de trainer Johan Cruijff was Barcelona nooit het Barcelona geworden zoals we dat anno 2024 kennen. Het Barcelona dat onlangs nog met tal van zelfopgeleide talenten die technisch en tactisch voldoen aan zijn torenhoge maatstaven – Lamine Yamal, Pau Cubarsí, Gavi – aartsrivaal Real Madrid omverblies. Met voetbal om van te watertanden. ‘Hij heeft onze ogen geopend’, beschreef Pep Guardiola de nalatenschap van zijn leermeester eens. ‘Door Cruijff zijn we een andere kijk op het spel gaan begrijpen. Het was alsof we elke dag naar school gingen. We wonnen en hij vertelde waarom we hadden gewonnen. Door hem werden we verliefd op het spel.’
In deze miniserie volgen we de footprints die Cruijff als technisch almachtige in Barcelona heeft achtergelaten, in drie delen. Hierbij beginnen we met zijn entree, als hij in Barcelona één grote chaos aantreft. Voorzitter Josep Lluís Núñez ligt volledig overhoop met de spelersgroep en uiteraard deinst het kind van Betondorp daar niet voor terug. Ieder nadeel heeft namelijk zijn voordeel. Het is voor hem de uitgelezen kans om, boven op die puinhopen van het verleden, een volledig nieuwe ploeg te bouwen. Zíjn ploeg. Zíjn club.