Goudhaantje werd hij genoemd. Ook als het er echt toe deed, kon Johnny Rep er zo eentje voor je binnen prikken. In de Europa Cup I-finale van 1973 tegen Juventus werd hij matchwinner en niemand maakte voor Oranje meer goals op een WK-eindronde. In eigen land geniet hij dus zeker respect, in VI’s topvijftig van beste Nederlandse voetballers aller tijden bezet hij net voor Roy Makaay en net achter Marc Overmars plaats 34. In Saint-Étienne vinden ze dat echter een grove belediging.
Ja, Michel Platini kon natuurlijk ook wel wat met een bal, maar die eeuwige kwajongen uit Zaandam was minstens zo geliefd. Johnny, op wie de jaren en de spanning nooit vat leken te hebben, Johnny, die niet alleen het voetenwerk had van een ster, maar ook de looks, de uitstraling. Hoe het ook zij, tussen 1979 en 1983 zijn ze in Saint-Étienne gek op hem, en in de decennia daarna denken ze met weemoed aan hem terug.
'Ze kwamen overal vandaan, die meiden. Ik kon dus kiezen. Maar het erge was: ik vond ze allemaal leuk'
Speciaal voor VI keerde de verloren zoon vlak voor het EK 2016 in Frankrijk nog eens terug in het Stade Geoffroy-Guichard en bezocht de inmiddels 64-jarige Rep samen met verslaggever Dennis van Bergen ook de stad van bijna 200 duizend zielen. Een groot deel van hen bleek hem nog lang niet vergeten. Voor een paar dagen voelde de 42-voudig international zich weer Johnny, die niet alleen verdedigers omver kon blazen maar ook massa’s Franse meisjes. In deze aflevering van de serie Historische Interviews is het heerlijke verhaal met de enigszins beduusde Rep voor het eerst te lezen op VI PRO. ‘Ze houden hier zó van me, jongen…’