-
Jan van Dam
In Waalwijk moet FC Utrecht vandaag de klus klaren tegen Valletta FC, na de bloedeloze 0-0 op Malta. Trainer Erik ten Hag en zijn spelers zijn goed op weg. De club kan voor het eerst twee Eredivisie-waardige selecties opstellen. Maar een Europese uitschakeling zou het verlies van veel goodwill betekenen.
Vooraf hebben de Utrechtse supporters, die vanwege het hoogseizoen diep in de buidel hebben moeten tasten voor hun een vlucht en hotel, nog alle vertrouwen in een goede afloop op Malta. Daar lijkt ook alle reden toe. Hun club is afgelopen seizoen fraai vierde geworden en won vervolgens ook de play-offs voor Europees voetbal. Nu, bijna half juli, mag Utrecht daarom alweer aan de slag. De Maltese nummer vier Valletta FC wacht in de tweede voorronde van de Europa League.
Op het zonovergoten Malta, de thermometer tikt regelmatig de veertig graden aan, is FC Utrecht de eerste Nederlandse club die officieel aan het seizoen begint. De club blijkt terecht te zijn gekomen op een feesteiland. Een groot deel van Malta is overgenomen door straalbezopen jongeren die overdag op het strand liggen en ’s nachts flink doorhalen in de vele bars en clubs van St. Julians. Van de wedstrijd tegen de lokale trots is vrijwel niemand op de hoogte. ‘We don’t have football on Malta’, zegt de ober van Hugo’s Bar.
Maar het werd een zware wedstrijd voor FC Utrecht, waarbij de bezoekers, onder wie 240 Nederlandse supporters, geen doelpunten te zien kregen. Hierdoor moet Utrecht nog flink aan de bak tijdens de return van vandaag in Waalwijk. Daar wordt gespeeld, omdat de eigen Galgenwaard niet beschikbaar is vanwege het EK Vrouwen.
FC Utrecht maakte een matige indruk tegen Valletta, dat zich beperkte tot verdedigen en alles uit de kast haalde om de bezoekers niet te laten voetballen. De ploeg van coach Erik ten Hag creëerde vrijwel geen enkele kans. Sterker nog, de semi-profs kregen de beste mogelijkheid na zwak uitverdedigen. Toch warem er wel degelijk excuses aan te voeren voor de matige vertoning van de Nederlandse fullprofs. De kwaliteit van het veld was lachwekkend, zo gaf ook aanvoerder Willem Janssen na afloop aan. ‘De return spelen we op kunstgras, daar ben ik niet bepaald liefhebber van, maar dit sloeg alles. Het leek wel alsof we op beton voetbalden. De nul was het belangrijkste en dat is ons gelukt.’