Bijna twee miljoen euro per wedstrijd, 22.950 per minuut, 9,4 miljoen per doelpunt. Zelfs een Chinese miljardair vindt dat best veel geld voor een voetballer, ja, ook als die voetballer Carlos Tévez heet. En mede daarom heeft Shanghai Shenhua het megacontract van de Argentijn – met een jaarsalaris van 37,5 miljoen euro – niet verlengd. Het vertrek van Tévez is niet het enige dat deze winter opvalt aan de Chinese transfermarkt.
Waar de zestien Super League-clubs in de januarimaand van 2016 en 2017 respectievelijk 347,9 en 402,6 miljoen spendeerden aan nieuwe spelers, houden ze op een uitzondering als Cédric Bakambu na nu de hand stevig op de knip. Is het een teken aan de wand? Hoeft het Europese topvoetbal niet meer te vrezen voor het gevaar uit het Verre Oosten? Of is het slechts de stilte voor de storm? Een verhaal over de Chinese Super League, een van de speerpunten in de heilige missie van president Xi Jinping om de Volksrepubliek uiteindelijk zelfs naar de wereldtitel te leiden.