De wedstrijd die sportief nergens meer om ging, leverde behalve vijf ton uiteindelijk óók een blik op in de toekomst. Feyenoord speelde in een fase tegen Maccabi Haifa met liefst acht spelers die de club zelf opleidde. Daarbij kregen de vaste invallers de kans zich te tonen. Trainer Arne Slot werd er wel wijzer van.
Feyenoord was al groepswinnaar en dat bood Arne Slot de kans te rouleren, net nu de zwaarste fase van het eerste deel van het seizoen zich aandient. De Rotterdammers spelen achtereenvolgens tegen FC Groningen (uit), FC Twente (KNVB beker, uit), Ajax (thuis) en SC Heerenveen (uit). Dus keken de basisspelers lekker toe, gisteravond toen Feyenoord aantrad tegen Maccabi Haifa, weggestopt in hun winterjassen, af en toe licht wegdommelend onder de warmtelampen van de businessunit.
Als ze keken, zagen ze dat hun vervangers goed genoeg waren om Maccabi Haifa te verslaan. Dat maakte financieel directeur Pieter Smorenburg ook een keer tot de winnaar van de avond met een overwinningspremie van vijf ton en geen boete van de UEFA, maar de trainer werd er net zo goed wijzer van. Hij kreeg een beter beeld van de sterkte en zwakte van zijn selectie, als hij die niet al had, plus kon hij zien hoe verschillende jonge spelers zich hielden op het niveau van Europees voetbal.
'Van een aantal jongens weet ik dat ze in basis kunnen starten en van anderen heb ik gezien dat ze zich goed hebben gepresenteerd'