Cristiano Ronaldo is teruggekeerd bij Manchester United met als missie de oude succesperiode te laten herleven. Zijn ontvangst en de euforie na zijn eerste goals sinds de terugkeer waren magisch, maar problemen zijn er ook. Tegen aartsrivaal Liverpool moet zondag blijken hoeveel progressie United exact al heeft geboekt met de 36-jarige Portugees in het team.
Hij spande zijn spieren nog maar eens nadat hij zijn shirt in de lucht had gegooid. Met zijn armen gespreid schreeuwde Cristiano Ronaldo het uit van vreugde. Dit was zo’n moment waarvoor hij was teruggekomen. In de 95ste minuut had hij het winnende doelpunt gemaakt in het Champions League-duel met Villarreal (2-1), op een avond waarop Manchester United tot het uiterste moest gaan. De camera’s vingen op hoe Sir Alex Ferguson op de tribune enthousiast applaudisseerde voor zijn oude pupil en hoe Usain Bolt vanuit een skybox met een gebalde vuist meejuichte. Na het laatste fluitsignaal vertelde Ronaldo dat hij United zo gemist had. Dat hij bij die club al geschiedenis had geschreven en dat opnieuw wilde doen.
Ronaldo won in 2008 met The Red Devils de Champions League. In de finale in Moskou scoorde hij in de reguliere speeltijd en won United mede dankzij Edwin van der Sar na strafschoppen van Chelsea. Nemanja Vidic en Rio Ferdinand vormden die avond het centrale duo in de defensie, op het middenveld dicteerde Paul Scholes het spel en voorin had Ronaldo steun van onder anderen Wayne Rooney.