In Balverliefd aandacht voor de gang van zaken achter de schermen van het voetbal en opvallende gebeurtenissen aan de rand van het veld. Deze week over voormalig jeugdinternational Yemaro Hoogdorp (28), die zijn voetbaldroom inruilde voor een carrière als jurist.
Yemaro Hoogdorp droeg een decennium geleden regelmatig het shirt van Oranje. Als jeugdinternational was hij vaak van de partij als Nederland het opnam tegen de toptalenten van andere landen. Op een dag stond hij in de rij voor het volkslied, met naast hem spelers als Nathan Aké, Tonny Vilhena en Ricardo Kishna. Iets verderop zongen bij de Fransen Anthony Martial en Adrien Rabiot mee met de Marseillaise.
‘Mijn moeder heeft alle wedstrijdopstellingen bewaard’, zegt Hoogdorp op een terrasje in Amsterdam. ‘Heel soms als ik bij haar thuis ben, kijk ik even naar alle namen tegen wie ik heb gespeeld. Mooi, hoor.’
Het lijkt bijna het verhaal van iemand anders. Hoogdorp gooide zijn leven zeven jaar geleden namelijk compleet om. Hij dook de boeken in, behaalde een master aan de Universiteit van Amsterdam en mag zichzelf tegenwoordig meester in de rechten noemen. Niet voetbalstadions, maar het Amsterdamse zakendistrict De Zuidas is nu zijn toneel. ‘Ik hoor zo vaak: “Iedereen wil toch profvoetballer zijn? Je bent gek dat je er niet honderd procent voor bent gegaan”. Dan denk ik altijd: Dan had je dat lekker zelf moeten doen.’ Hij neemt een slok van zijn havercappuccino en begint te lachen: ‘Uiteindelijk is het mijn leven, toch?’
Hoogdorp groeide als kleine jongen op in Amsterdam-West, in de wijk Bos en Lommer. Zijn moeder voedde zijn zus, broer en hem in haar eentje op. Hoogdorp vond het leuk om te voetballen en had er ook behoorlijk talent voor. Toch was het totaal niet zijn ultieme wens om ooit in volle stadions te schitteren. Als kleine jongen droomde hij ervan om architect te worden. ‘Geen idee waarom, maar dat klonk stoer.’ Hij merkte al snel dat hij vaak beter was dan zijn leeftijdsgenoten. ‘Het was geen droom, maar doordat ik het goed kon, werd profvoetbal ineens het doel.’
Nathan Aké
Hoogdorp belandde al snel in de jeugdopleiding van AZ en werd vaak doorgeschoven naar hogere leeftijdscategorieën. In die fase werd hij regelmatig bij de selecties voor de jeugdelftallen van Oranje gehaald. Daar stond hij weleens in de defensie met Aké. ‘Ik was altijd back bij het Nederlands elftal’, vertelt Hoogdorp. ‘Soms kwam de bal er dan tussendoor… Maar dan was het altijd Nathan die het weer voor mij of een ander oploste.’
Aké speelde zichzelf financieel onafhankelijk, werkt samen met Pep Guardiola bij Manchester City en heeft inmiddels een Champions League-medaille op zak. ‘Ik zag hem natuurlijk ook in de finale spelen. Ik zou liegen als ik nu zou zeggen: Dat zou ik absoluut niet willen. Maar tegelijk heb ik er ook enorm vrede mee, omdat het deels mijn eigen keuze is geweest.’
Hoogdorp doorliep in Alkmaar alle jeugdelftallen en belandde uiteindelijk bij de beloften. Hij merkte dat zijn ontwikkeling stokte en dat hij de ultieme gedrevenheid miste, iets wat hij wel bij de spelers om hem heen zag. Iedere dag als voetballer is praktisch hetzelfde, legt hij uit. ‘Ik wil het geen sleur noemen, maar alles ging een beetje op de automatische piloot. Je gaat naar de club, traint, luncht en gaat naar huis. Je leeft echt van training naar training en van wedstrijd tot wedstrijd. Ik werd niet enorm getriggerd. Ik miste de intrinsieke motivatie om mezelf écht tot het uiterste te pushen.’
Na acht jaar in de jeugdopleiding bij AZ was er twijfel of hij een contract zou krijgen. Daarom besloot hij over te stappen naar FC Utrecht, waar hij wel een profverbintenis tekende. Ook daar slaagde hij er niet in om door te breken in het eerste elftal. Zelfde dubde hij ondertussen verder: was dit überhaupt wel het leven dat hij de komende vijftien jaar wilde leiden?
Hij benadrukt dat hij zich wel altijd thuis heeft gevoeld in de kleedkamer. Toch verbaasde hij zich op jonge leeftijd al over het voetbalwereldje. Hij weet nog goed dat in die periode allerlei zaakwaarnemers zich meldden met vage aanbiedingen uit landen als Cyprus en Griekenland. ‘Door mijn jeugdinterlands had ik een prima cv voor een zaakwaarnemer om een transfer te regelen. Maar heel eerlijk: ik heb nooit getwijfeld om op zo’n aanbieding in te gaan. Ik zag dat zelf helemaal niet zitten. Vond het een beetje schimmig allemaal.’