Lamlendig Ajax zwijnt tegen Excelsior
Ajax bleek tussen alle Europese beslommeringen door maar weinig zin te hebben in het tussendoortje met Excelsior. Het spel van de lamlendige Amsterdammers was ernaar, maar gelukkig heeft de thuisploeg Zlatan Ibrahimovic: 2-1.
Het fenomeen is natuurlijk meer dan bekend. Wie in de Champions League op de toppen van de tenen moet lopen, heeft in de nationale competitie de nodige moeite om zich op te laden voor reguliere wedstrijden. Ajax vormt op die regel - kennelijk - geen uitzondering. Zeker als dan ook nog eens laagvlieger Excelsior op bezoek komt in de Arena. Dertig keer eerder stonden beide ploegen tegen over elkaar. 27 maal won Ajax, drie keer werd het gelijk - op Woudestein.
Probeer je dan maar eens optimaal te motiveren. Ajax - waar Cristian Chivu en Tomás Galásek rust kregen gegund van trainer Ronald Koeman, slaagde daar in ieder geval niet in. De rekening kregen de Amsterdammers daarvoor al na drie minuten grepresenteerd. Andre Bergdølmo en keeper Bogdan Lobont reageerden beiden lamlendig op een Rotterdamse hoekschop, maar Cecilio Lopes was zo scherp als een scheermes en zette Excelsior op een voorsprong, 0-1.
De thuisploeg meende het op basis van z'n surplus aan kwaliteit en met minimale krachtsinspanningen wel te kunnen rooien tegen Feyenoords kleine broertje. Op basis van z'n indivuele klasse kwam Ajax via Zlatan Ibrahimovic na een klein half uur voetballen weliswaar op gelijke hoogte (1-1), maar overtuigend was het nog allerminst.
Dé personificatie van de Amsterdamse labbekakkerigheid was Andre Bergdølmo. De Noor werd door Ronald Koeman in de pauze dan ook vervangen door Chivu, die zo alsnog zijn honderste wedstrijd in het roodwit van Ajax kon laten bijschrijven.
Ajax drong na de pauze iets meer aan, al nam Excelsior tien minuten na rust bijna opnieuw de leiding. Bogdan Lobont redde fraai op een even aardige inzet van Said Boutahar. Even eerder was Ibrahimovic overigens dichtbij zijn tweede treffer geweest. Op assist van Rafael van der Vaart trof de Zweed echter niet meer dan de lat.
Waar er ook bij het Amsterdamse publiek aanvankelijk nog volop vertrouwen was dat Ajax toch wel zou gaan winnen, werd het hoe langer hoe stiller in de Amsterdam Arena. Het meer tijd er verstreek, hoe minder de fiducie er was in een goede afloop. Behalve dan bij Zlatan Ibrahimovic, die zijn lamlendige ploeg acht minuten voor het einde alsnog de zege bezorgde: 2-1.