Oranje heeft lange aanloop nodig voor gewenst doelpuntenfestijn

Het tempo hoog houden en de tegenstander niet op adem laten komen, dat was hoe bondscoach Frank de Boer de uitwedstrijd tegen het nietige Gibraltar voor ogen had. Die tactiek zou dan in elk geval tot vijf goals moeten leiden en het liefst meer. Zelfs de 11-0 recordoverwinning tegen San Marino passeerde in aanloop naar de wedstrijd de revue. Zover wilde De Boer vooraf echter niet gaan: 'Ik verwacht niet zomaar dat het een nulletje of tien wordt. Zo wel, dan is dat heel knap. We hebben Letland (2-0) helemaal teruggedrukt en kansen gekregen. Hopelijk krijgen we net zoveel kansen, dan moeten we er minimaal drie, vier of vijf meer maken.'

Het probleem van de eerste helft was echter dat het Nederlands elftal helemaal niet zo veel kansen kreeg tegen Gibraltar, dat met man en macht probeerde de stand zo lang mogelijk op 0-0 te houden. Oranje, dat met dezelfde elf namen begon als tegen Letland, had wel voortdurend de bal, maar grote kansen waren spaarzaam. Memphis Depay kreeg na ruim een kwartier eigenlijk pas de eerste grote kans. Hij probeerde het in de rebound met een halve omhaal, maar de bal kwam recht op het hoofd van doelman Dayle Coleing.

Diezelfde Coleing leek de grote man van de eerste helft te worden door Gibraltar lange tijd op 0-0 te houden. Hij frustreerde Oranje  en als hij dat niet deed, frustreerde Oranje zichzelf wel. Zo zag Davy Klaassen een schot geblokt worden en Denzel Dumfries wist zijn gigantische kopkans niet te verzilveren. Georginio Wijnaldum en nogmaals Klaassen stuitten vervolgens weer op Coleing, die vlak voor rust dan tóch nog een goal moest incasseren. Het was Steven Berghuis die, net als tegen Letland, raak schoot middels een fraai krulschot in de verre hoek: 0-1.

Met een magere 0-1 voorsprong was het voor Oranje zaak om na rust toch echt het tempo op te schroeven. De Boer greep dan ook in door Ryan Gravenberch in te brengen voor Dumfries en middels een flitsende aanval van Memphis Depay en Luuk de Jong werd razendsnel een signaal afgegeven door Oranje. Memphis struikelde over zijn eigen voeten, maar de boodschap was duidelijk: de combinaties moesten sneller en het tempo hoger.

In de 55ste minuut leidden de intenties van Oranje ook tot de gewenste 0-2. Berghuis was dit keer de aangever en Luuk de Jong werkte de bal binnen. Zo werd hij de eerste speler sinds Arjen Robben in 2017 die in drie opeenvolgende WK-kwalificatieduels wist te scoren. Hij deed dat vlak nadat Daley Blind met een ogenschijnlijk zware blessure was uitgevallen. Na een duel met de gretige spits Tjay De Barr klapte de knie van Ajacied dubbel en per brancard verliet Blind het veld.

Na de goal van Luuk de Jong kwam Oranje dan toch eindelijk even in de flow waar het naarstig naar zocht in Gibraltar. Binnen drie minuten vielen de goals ineens als rijpe appelen. Memphis bepaalde met het nodige geluk uit een vrije trap in de 61ste minuuut de stand op 0-3, waarna Wijnaldum en de ingevallen Donyell Malen voor respectievelijk 0-4 en 0-5 zorgden.

Hoewel het gewenste doelpuntenfestijn dus lang op zich liet wachten, liep Oranje in de slotfase toch nog uit naar een eclatante zege op de voetbaldwerg, want ook na de 0-5 bleef Oranje aanzetten voor een ruimere marge. Met Donny van de Beek, Ryan Babel en Calvin Stengs als gretige invallers liep de score nog verder op. Van de Beek zorgde voor de 0-6 en maakte daarmee zijn eerste goal sinds 11 november 2020 toen de middenvelder van Manchester United scoorde tegen Spanje.

Toch was ook daarna de Nederlandse koek nog niet op. Memphis verzorgde na goed voorbereidend werk van Owen Wijndal de zevenklapper. Vanwege de blessure van Blind, die de ruime zege overschaduwde, kreeg Oranje ook nog zeven minuten blessuretijd om een achtste goal te maken, maar dat lukte niet meer: 0-7 was de eindstand en omdat Turkije punten verspeelde tegen Letland kende Oranje uiteindelijk toch een prettige avond in Gibraltar.

• Meer over

• Nederland
• Gibraltar
• WK Kwalificatie Europa 2022 Qatar
• Gibraltar - Nederland (0-7)