Rekik onder vergrootglas bij Olympique Marseille
Voetbal International blikt regelmatig vooruit op een duel uit de Franse competitie. Deze week laat redacteur Vincent Okker zijn licht schijnen op Le Choc des Olympiques, Ofwel de clash tussen de twee Olympique-teams, Lyon versus Marseille.
Het is geen echte klassieker met historisch beladen achtergrond of streekderby met rivaliserende supportersschare. Wél een duel tussen twee naamgenoten die elkaar vanaf de jaren 2000 regelmatig in de top van de Ligue 1 beconcurreerden. Tot de machtsovername van Paris Saint-Germain én de financiële perikelen, die zowel Olympique Lyon als Olympique Marseille hebben teruggeworpen. Dit seizoen vinden twee van de drie meest succesvolle teams uit het Franse profvoetbal (naast tienvoudig landskampioen Saint-Étienne) zichzelf, door uiteenlopende omstandigheden, terug in de middenmoot.
Lyon maakte na zeven landstitels op rij (2002-08) een pas op de plaats en probeert sinds enkele jaren met veel jeugdspelers in het spoor van PSG te blijven. De terugkeer in de Champions League dit seizoen was beloning voor het harde werk dat Les Gones op de jeugdacademie hebben geleverd.
In Marseille werd de geldkraan vorige zomer nogmaals verder dichtgedraaid. Het op het allerlaatste moment mislopen van de (voorronde) Champions League in 2014/15 leidde indirect het vertrek in van tal van spelers, onder wie André-Pierre Gignac, André Ayew en Giannelli Imbula. Ook trainer Marcelo Bielsa trok zijn conclusies, op Bielsiaanse wijze verbrak de eigenzinnige Argentijn de samenwerking door na de eerste speelronde van het huidige seizoen op te stappen.
Karim Rekik (op bovenste foto met Nicolas Nkoulou en Romao) had het zich ongetwijfeld anders voorgesteld toen hij vorige zomer een vierjarig met Les Phocéens overeenkwam. Na twee seizoenen in de top van de Eredivisie met PSV bleek een doorbraak bij Manchester City te hoog gegrepen. Een vervolg bij Olympique Marseille was evenwel een meer dan behoorlijk alternatief. Met een handvol jeugdige nieuwkomers, onder wie ook Lucas Ocampos (AS Monaco, op foto boven met Lucas Silva), Javier Manquillo (Atlético Madrid) en Lucas Silva (Real Madrid), zou Olympique Marseille de basis leggen voor een nieuw elftal voor de komende jaren.
Maar op ruim de helft van het seizoen valt de tussenbalans tegen. Onder Bielsa's opvolger Míchel blijft Olympique Marseille wisselvallig presteren. En vooral met de achterhoede is de Spaanse oefenmeester, pas 22 tegengoals ten spijt, allesbehalve tevreden. Blijkt wel uit het feit dat hij centraal achterin nog steeds zoekende is naar zijn ideale samenstelling. De Kameroener Nicolas Nkoulou is onbetwiste titularis. Voor de tweede positie is het stuivertje wisselen, met het jonge talent Stéphane Sparagna, de Portugese veteraan Rolando én Karim Rekik. Bij aanvang van het seizoen gold de enkelvoudige Oranje-international als vaste kompaan van Nkoulou. Maar vanaf eind september is Míchel almaar vaker het roulatiesysteem gaan hanteren.
Voor Rekik, tot dusverre goed voor dertien competitieduels, vier optredens in de Europa League en twee in de Franse bekertoernooien, zal het wennen zijn. De voorbije twee seizoenen te allen tijde basiskracht in Eindhoven, nu behoort de verdediger in Zuid-Frankrijk tot de voetballers die na een mindere dag moeiteloos worden ingeruild voor een plaats op de bank of zelfs tribune. Voor de jaarwisseling werd Rekik fors bekritiseerd voor zijn optreden tegen AS Monaco (3-3). En ook begin december tegen Montpellier (2-2), waar de tweede tegentreffer het gevolg was van miscommunicatie met zijn eigen doelman. De laatste twee competitieduels vóór de jaarwisseling speelde Rekik niet. Die periode was in Frankrijk al langzaam de discussie losgebarsten dat een verdediger met Manchester City, PSV en het Nederlands elftal op zijn cv méér moet brengen. 'Vanwege zijn teleurstellende spel begint Míchel ongeduldig te worden', zo wist het sportmedium Maxifoot in december te melden.
Het huidige kalenderjaar begon voor Rekik ongelukkig vanwege zijn rode kaart tijdens het bekerduel met Caen. Ook de laatste speelronde, toevallig tegen datzelfde Caen, opteerde Míchel voor het koppel Nkoulou-Rolando. Rekik bleef negentig minuten op de bank. Overigens moet uitgerekend de enige stabiele factor, Nkoulou, het bij de achterban ontgelden. Dit vanwege zijn aflopende contract in Marseille en het nu al zekere transfervrije vertrek tijdens de zomer.
Al met al is het duidelijk, de achterhoede baart zorgen. Zonder specifiek op namen in te gaan, hekelde Míchel de mentale weerbaarheid van zijn selectie. 'Als collectief moeten we harder werken. Wij moeten voetballen om goals te maken, terwijl onze tegenstander alleen maar hoeft te profiteren van onze fouten…' Die laatste opmerking moet ook Rekik zich aantrekken. Ook al wil Míchel niet al te veel kwijt over zijn keuzes achterin. 'Het belangrijkste is dat ze alle vier beschikbaar zijn. Het verschil tussen Rolando en Rekik? De één is rechtsbenig, de ander links. Zo simpel is het. Maar ik wissel niet voor niets zo vaak...'
Om mee te kunnen praten, moet je ingelogd zijn met je VI-account.
Login