Toen Ajax zich ook vlak voor PSV-thuis versterkte met een spits

Voor een paar ton kwam de toen dertigjarige aanvaller begin februari over van Roda JC Kerkrade. Coach Ronald Koeman kampte met flinke personele problemen, net zoals Erik ten Hag nu. In het competitieduel met ADO Den Haag - dat vlak voor de kraker tegen PSV werd gespeeld - miste de huidige trainer van Barcelona Zlatan Ibrahimovic, Wesley Sonck en Rafael van der Vaart, waardoor hij de zeventienjarige Ryan Babel aan de wedstrijd moest laten beginnen.

'Je moet het niet zien als een paniekaankoop', verdedigde Ajax' directeur Arie van Eijden de aankoop. 'We vinden Anastasiou een heel goede spits en zijn blij dat hij komt.'

Tegen PSV werd Anastasiou meteen voor de leeuwen gegooid. De aanvaller speelde naar behoren en liet met name als aanspeelpunt een goede indruk achter. In VI kreeg de Griek, die slechts eenmaal een doelpoging noteerde, het cijfer 6,5. Belangrijker voor Ajax was de 2-1 zege op de rivaal: het was de eerste keer dat PSV in competitieverband verloor in de toen nog Amsterdam Arena. Jan Vennegoor of Hesselink bracht de bezoekers nog op voorsprong, maar dankzij treffers van Wesley Sneijder en Nicolae Mitea ging Ajax erop en erover.

'Ajax heeft mij gehaald omdat de club problemen heeft met de spitsen', blikte Anastasiou destijds terug. 'Ibrahimovic en Sonck zijn geblesseerd, maar komen wel een keer terug. Dan is het aan mij te laten zien wat ik kan. Concurrentie schrikt me niet af. De beste speelt, zo gaat het bij alle topclubs. Ik heb zeker niet het idee dat ik gehaald ben voor slechts één wedstrijd.'

Anastasiou bleef uiteindelijk tot de zomer van 2006 in Amsterdam en vertrok met de landstitel van 2004 op zak. De zege op PSV gaf de hoofdstedelingen een stevig duwtje in de rug op weg naar het landskampioenschap. 

• Meer over

• PSV
• Ajax
• Eredivisie 2020/2021