'Van Gaal de ultieme dictator in trainingspak'
Met het contracteren van Louis van Gaal heeft AZ de ellende in huis gehaald. Hoewel Van Gaal elk nieuw dienstverband met een charme-offensief start, zal hij, zodra hij zichzelf weer is, ongetwijfeld botsen met de volwassen en mondige spelersgroep in Alkmaar.
Toen Rinus Michels het grote Ajax destijds uitperste, koos de club als opvolger heel slim voor een gemoedelijke oom. De vriendelijke Roemeen Stefan Kovacs liet de teugels na het schrikbewind van De Generaal vieren, de Ajacieden voelden zich uitstekend en presteerden navenant. Als opvolger van Co Adriaanse vind ik diens alter ego niet de meest geschikte trainer. Daar denkt de intussen naar Ajax vertrokken ex-technisch directeur Martin van Geel anders over. Verblind door het succes bij Willem II en AZ acteert Van Geel de wijze voetbalstrateeg, de man met een oog voor talent, de ultieme managementdeskundige.
Het ligt allemaal wat genuanceerder. Van Geel heeft het voetbal niet uitgevonden. Hij is wel twee keer uitermate succesvol geweest met hetzelfde kunstje. Bij Willem II lachte het succes hem plotseling toe nadat hij Adriaanse als trainer had aangetrokken. Hetzelfde wonder gebeurde bij AZ. Het blijft de verdienste van Van Geel dat hij de lastige coach binnenhaalde, maar uiteindelijk was Adriaanse verantwoordelijk voor de spectaculaire resultaten.
In Tilburg haalde Van Geel de menselijke Hans Westerhof als opvolger van Adriaanse binnen. Dat werd geen succes. Daarom koos hij in Alkmaar niet voor de vriendelijke-oom-variant, maar zocht de club naar het evenbeeld van Adriaanse en dan kom je al snel bij Van Gaal terecht.
Als jongen uit de provincie keek ik begin jaren zestig met bewonderende blikken naar Amsterdam. Dat was de swinging city, daar gebeurde het. Amsterdam was een voetbalbolwerk met Ajax, De Volewijckers, DWS en Blauw-Wit. De door mij bewonderde gitaristen Jan Akkerman en Jan de Hont kwamen uit de hoofdstad. Johnny Kendall and the Heralds waren verantwoordelijk voor de beste nederpop-single aller tijden: St. James Infirmary.
DWS-keeper Bob Bouber werd zanger van ZZ en de Maskers. Rob de Nijs and the Lords en The Outsiders kwamen uit Amsterdam. Terwijl ik wakker lag van een Kreidler Florett, scheurden mijn generatiegenoten al op Puchs, met een hoog stuur, over de grachten. Ze droegen suède bordeelsluipers, vale spijkerbroeken met wijde pijpen en hadden lang haar. Amsterdam had nozems en later provo's, Amsterdam had het helemaal.
Aloysius Paulus Maria van Gaal, geboren op 8 augustus 1951 in het Galileïplantsoen in de Watergraafsmeer, werd niet gekweld door trendy gevoelens. Zijn ouders hoefden hem niet naar de buurtkapper te schoppen, want hij wilde helemaal geen lang haar. En een spijkerbroek met wijde pijpen was ook al geen onderwerp van discussie, omdat hij heel tevreden was met zijn nette terlenka-broek.
De latere toptrainer Louis van Gaal is nooit hip, opstandig, progressief of een product van de sixties geweest. Op zondagmorgen bezocht hij trouw de rooms-katholieke kerk aan de Linnaeushof, de H.H. Martelaren van Gorcum. Hij had vier broers en twee zussen, want een goed katholiek gezin was in die dagen een groot gezin. Zijn vader, hoofdvertegenwoordiger bij een oliemaatschappij, overleed toen Louis elf jaar oud was. Stappen deed de jonge Van Gaal nauwelijks, hij bezocht alleen af en toe de jeugdsociëteit Bacchus onder de kerk.
Verder was hij dagelijks te vinden op en rond de velden van de RKSV De Meer en had hij een krantenwijk om voor een bromfiets te sparen. Hij volgde wel regelmatig de trainingen van Ajax op de bijvelden van De Meer. Henk Groot was zijn idool, om diens koptechniek en fluwelen balbehandeling. De rapporten op de RK Lydwinaschool waren zó goed, dat Van Gaal naar het Sint Nicolaas Lyceum in de Prinses Irenestraat mocht.
Intussen had hij in de jeugd van De Meer de bijnaam Boltini veroverd. Hij was een modellid, maar sommige leden ergerden zich aan zijn hooghartige houding tijdens wedstrijden. Zijn toenmalige trainer Rob Nieuwenhuis gebruikt zelfs de term 'arrogant'. Voor het eerste elftal van De Meer was Van Gaal een belangrijke pion, evenals zijn broer Gerard.
Het verbaasde de leden van De Meer dat er geen belangstelling vanuit het betaalde voetbal was voor de technisch begaafde midvoor, maar Van Gaal had andere ambities. Hij wilde gymnastiekleraar worden en ging naar de Academie voor Lichamelijke Opvoeding aan de Willinklaan, waar hij het tweede jaar overigens moest overdoen.
Uiteindelijk ontdekte het op een steenworp afstand spelende Ajax hem alsnog en op twintigjarige leeftijd ging hij er voor een bescheiden contract en een Fiat 127 in het tweede elftal spelen. Zijn probleem was dat Johan Cruijff op zijn positie in het eerste voetbalde. Op 3 april 1973 speelde Van Gaal zijn enige wedstrijd voor Ajax 1, vriendschappelijk tegen Anderlecht. Het leverde hem een contract bij Royal Antwerp Football Club op, waar hij er de volgende vier jaar niet in slaagde een basisplaats te veroveren.
Trainer Guy Thijs vond hem te traag. La Louvière wilde Van Gaal wel overnemen, maar die koos voor een terugkeer naar Amsterdam en ging werken als leraar lichamelijke opvoeding op de Don Bosco LTS. Vervolgens verhuurde Antwerp FC hem aan Telstar. Na een jaar nam trainer Mircea Petescu hem mee naar Sparta, waar hij jaren een dragende speler was. Het klikte alleen niet zo met trainer Barry Hughes. Nadat Van Gaal op 25 mei 1986 zijn laatste wedstrijd op Het Kasteel speelde, wilde het Sparta-bestuur hem als assistent-trainer houden, maar dat weigerde Hughes. Daarom zette Van Gaal zijn voetbalcarrière voort bij AZ en volgde hij in Zeist met onder anderen Fortuna Sittard-coach Chris Dekker en Adrie Koster van RKC Waalwijk de trainerscursus.
In Alkmaar werd zijn dominante gedrag als storend ervaren. Op 30 november 1986 speelde Van Gaal zijn laatste wedstrijd, tegen het PEC Zwolle van Co Adriaanse. Vervolgens werd hij assistent van Han Berger en later van Hans Eijkenbroek. Toen de hoofdtrainer ziek werd, verbood Van Gaal het bestuurslid Wijnand Vermeulen de toegang tot de spelersbus. Even later werd hij ontslagen. Voor het Sparta-bestuurslid Floor Bouwer was dat een reden Ajax-voorzitter Ton Harmsen te bellen met het advies Van Gaal op te nemen in de technische staf van de Amsterdammers, omdat hij in zijn ogen een toekomstig toptrainer was.
De rest van het verhaal is bekend. Van Gaal was zeer succesvol met Ajax en Barcelona, en beleefde later mindere perioden bij Oranje, Barcelona en Ajax. Zijn voetbalkennis staat nooit ter discussie. Hij struikelt de laatste jaren vooral over de gedateerde arrogante en dominante wijze waarop hij met medewerkers omgaat. Het met stemverheffing spreken heeft hij tot kunst verheven. Van Gaals wil is wet, hij bepaalt alles binnen een club.
Hij speelt de ultieme dictator in trainingspak. Gelukkig bestaat er ook een andere Van Gaal. Ik heb hem heel charmant, innemend, voorkomend en, met een baco in zijn hand, vrolijk meegemaakt. Eigenlijk heb ik wel een zwak voor deze flamboyante gespleten persoonlijkheid, mijn favoriet op televisie. Over voetbal praat hij heel verstandig en er volgt altijd een verrassende act. We hebben hem gezien als schreeuwende volksmenner, demagoog, dichter van de koude grond, woedend, gepikeerd, zelfingenomen en uitermate vriendelijk.
Eigenlijk mag ik hem wel en ik hoop tegen beter weten in dat hij slaagt bij AZ. Zijn terugkeer is een verrijking voor het vaderlandse topvoetbal, het worden weer boeiende tijden. Als hij dat verkeerde toontje nou eens kan beteugelen. Dat zou mooi zijn.
Johan Derksen