Zwak Nederland brengt niets tegen Roemenië
Slap, machteloos, ideeënloos en slaapverwekkend. Wat het Nederlands elftal in negentig minuten tegen Roemenië liet zien, leek nergens op. Eén geslaagde passeeractie en een paar schotjes van afstand waren de schamele oogst van een pover avondje aanmodderen in De Kuip (0-0).
Roemenië kwam in het EK-kwalificatieduel vrijwel nooit in gevaar. De ploeg van bondscoach Victor Piturca maakte het zichzelf makkelijk door gegroepeerd te verdedigen en bijna alle duels te winnen. Aanvallend had het meer ruimte en oogde het daardoor gevaarlijker dan Oranje. Zo moest doelman Maarten Stekelenburg in de beginfase schoten van Ciprian Marica en Adrian Mutu keren.
Van zorgvuldig positiespel in een hoog tempo om de stugge tegenstander uit elkaar te spelen, kwam niets terecht. Geen precisie, geen lef en geen ingevingen. Kenmerkend voor de toestand van de internationals was dat pas in de 61ste minuut de eerste en ook laatste geslaagde passeeractie te noteren viel. Ryan Babel ging zijn tegenstanders voorbij maar kreeg de bal vanaf de achterlijn niet bij een medespeler.
Net zo pijnlijk was de constatering dat het meest dreigende moment voor het doel van Bogdan Lobont een kopbal was van Gabriel Tamás, die zijn eigen keeper bijna passeerde. Verder hoefde de ex-Ajacied zich niet in te spannen om ongehavend terug te keren naar Roemenië.
Door het gelijkspel staan Nederland, Roemenië en Bulgarije er hetzelfde voor in Groep G. Alle onderlinge duels eindigden onbeslist, terwijl de wedstrijden tegen de mindere goden steeds werden gewonnen. Oranje is koploper omdat het de meeste duels speelde.