Argentinië heeft zichzelf tegen Kroatië in de voet geschoten met een groteske tactische ommezwaai. Hoe het plan van Jorge Sampaoli sterspeler Lionel Messi totaal onzichtbaar maakte.
José Néstor Pékerman, Alfio Basile, Diego Maradona, Sergio Batista, Alejandro Sabella, Gerardo Martino, Edgardo Bauza en Jorge Sampaoli peinzen bij Argentinië allemaal over dezelfde onmogelijke opdracht. Het bouwen van een elftal waarin Lionel Messi de grote uitblinker is, zonder dat alles van hem afhangt. Sampaoli schiet op dat punt sinds zijn aanstelling in de zomer van 2017 heen en weer tussen uitersten. Eerst probeert hij Messi te koppelen aan Juventus-ster Paulo Dybala, daarna bouwt hij alsnog zijn elftal rondom de Barcelona-vedette, om het na de 1-1 tegen IJsland wederom over een andere boeg te gooien met een even ingewikkelde als onsuccesvolle pressingtactiek.
Een helft lang loopt Messi verloren rond in de speciaal voor dit duel opgetuigde speelwijze van Sampaoli. Voor rust heeft zelfs doelman Willy Caballero meer balcontacten dan Messi (22 om 20), verstuurt de linkspoot slechts veertien passes en noteert hij noch een gecreëerde kans, noch een schot op doel. Na negentig minuten zijn de cijfers met één schot en twee gecreëerde kansen nauwelijks beter. Een rol in de anonimiteit die Sampaoli zich mag aanrekenen.