Yoëll van Nieff (30) stapte onlangs de grasmat van het King Fahd Stadium in Riyad op. Met zijn club Mumbai City nam de middenvelder het op tegen Al-Hilal. Op de tribunes zag hij tienduizend toeschouwers. Om hem heen liepen wereldsterren als Kalidou Koulibaly, Sergej Milinkovic-Savic en Aleksandar Mitrović.
‘Op de beelden zie je ook een grote lach op mijn gezicht’, glundert Van Nieff nu vanuit zijn appartement in het Marriott Hotel in Mumbai. ‘Ik probeer ook heel bewust om me heen te kijken. Op zo’n moment sta ik écht te genieten.’
Van Nieff speelde exact honderd wedstrijden in de Eredivisie voor clubs als FC Groningen, Excelsior en Heracles Almelo. Toen hij in Nederland een beetje op een dood spoor was beland, voelde hij steeds sterker de drang om op avontuur te gaan. De afgelopen vier jaar speelde hij in Hongarije bij Puskás Akadémia.
'Happy wife is happy life. Zo simpel is het gewoon'
Deze zomer meldde plotseling het Indiase Mumbai City zich bij zijn zaakwaarnemer. Hij deed research naar de club en het leven in een metropool van 22 miljoen inwoners. Daarna overlegde hij met zijn vrouw. Hij begint te lachen: ‘Happy wife is happy life. Zo simpel is het gewoon.’ Binnen twee dagen namen ze het besluit om de sprong in het diepe te wagen.
Kippen
Toen hij met zijn zaakwaarnemer rond middernacht landde in India, stonden een handjevol fans hem al op te wachten op het vliegveld. Hij begroette ze en poseerde voor meerdere selfies. ‘Zo’n welkom was helemaal nieuw voor me, maar echt mooi om mee te maken.’ De volgende ochtend op weg naar de medische testen zag hij pas écht in wat voor chaotische stad hij was beland. ‘Zoveel verkeer! Mensen die ertussendoor lopen, er gebeurt continu van alles. Het is in ieder geval nooit saai, laat ik het zo zeggen.’
'Aan zijn riem hingen allemaal dode kippen, met veren en al'
Op iedere straathoek zag hij street food-kraampjes. Mensen liepen met houten karren met gigantische wielen. Iedere keer valt hem wel weer iets anders op in de drukte van het verkeer. ‘Het gekste wat ik heb gezien is een man met zo’n ijzeren riem om zijn middel. Daar hingen allemaal dode kippen aan, met veren en al. Dat is dan echt om te laten zien dat hij echt verse kip verkoopt.’ Er verschijnt een lach op zijn gezicht: ‘Tja, in Nederland ga je naar de slager… Maar hier staat zo’n man met verse kippen gewoon op straat.’
