De Afrika en Azië Cup zijn in volle gang. Op beide toernooien komen veel spelers in actie die ook een Nederlands paspoort hebben. In deze serie lichten we enkele van deze bijzondere verhalen eruit. In aflevering 1 Justin Hubner: de twintigjarige verdediger van Wolverhampton Wanderers die in Indonesië ongekend populair is.
Hubner kan soms zelf nog niet geloven wat hem allemaal overkomt sinds hij het shirt van de nationale ploeg van Indonesië draagt. ‘Vooral in Indonesië krijg ik regelmatig dingen opgestuurd’, lacht de jonge Brabander vanuit zijn hotelkamer in Qatar, waar de Azië Cup wordt gehouden. ‘Soms is het een kaartje waarop staat: “Ik hou zo veel van je”. Daarnaast krijg ik ook heel veel bloemen van mensen. Dat zijn wel gekke dingen om mee te maken.’
Wolves
Hubner heeft bijna 400 duizend volgers op Instagram en krijgt zelfs huwelijksaanzoeken binnen. Dat staat in groot contrast met zijn leven in Europa, waar hij nog anoniem over straat kan. Hubner staat te boek als groot talent, maar wacht bij Wolves nog op zijn debuut in de hoofdmacht.
Hubner groeide op in Den Bosch en het nabijgelegen dorpje Rosmalen. Zijn talent viel al snel op, waarna hij in zijn puberteit in de jeugdopleiding van FC Den Bosch belandde. Na een paar jaar kreeg hij de kans om zich te bewijzen bij Bologna in Italië. Hij mocht meespelen tijdens drie wedstrijden op een vriendschappelijk toernooi en liet een onuitwisbare indruk achter. Hij begint te lachen: ‘Als verdediger scoorde ik drie keer, gaf een assist en pakte ik ook nog een rode kaart.’
De Italiaanse club wilde hem graag inlijven en vanaf dat moment ging het hard voor de jongeling. Door de interesse van Bologna kwamen ook andere clubs in actie. ‘Ineens kwamen Ajax, PSV en een aantal buitenlandse club naar mijn wedstrijden kijken. Een van die clubs was Wolves, die kwamen een stuk of zeven keer.’
Hij was pas zestien en vond het in eerste instantie een heel spannend idee om naar het buitenland te verhuizen. ‘Steeds meer mensen zeiden tegen me dat ik zo’n kans niet snel nog een keer zou krijgen. Ik besefte ook steeds meer dat ik deze mogelijkheid moest grijpen. Iedereen droomt natuurlijk van de Premier League.’
'Bij Den Bosch moesten we betalen voor ons eigen trainingssetje. Hier kreeg ik meteen vijf of zes kledingsetjes'
Hij liet huis en haard achter zich om zijn ambities als profvoetballer waar te maken. Zijn ouders bleven in Brabant en hij trok in bij een gastgezin. ‘In het begin had ik best veel last van heimwee’, vertelt hij. ‘Ik vond het vooral lastig om steeds afscheid te nemen van mijn familie, in de wetenschap dat ik ze daarna weken of maanden niet zou zien. In coronatijd bijvoorbeeld zag ik mijn familie op een bepaald moment maar één keer in de zes maanden. Nu ik ouder ben, gaat dat veel beter en heb ik het juist supergoed naar mijn zin.’
Hubner weet nog goed hoe hij in eerste instantie zijn ogen uitkeek op de faciliteiten van een Premier League-club. Hij verruilde een kleine Keuken Kampioen Divisie-club voor de crème de la crème. Als hij met zijn team ging eten, stond er standaard een heel buffet klaar. ‘Bij Den Bosch moesten we betalen voor ons eigen trainingssetje. Hier kreeg ik meteen vijf of zes kledingsetjes.’